Hoekstra geeft geen duimbreed toe bij Kamervragen over provisietransparantie

Minister ziet geen overtreding provisieverbod bij lijfrenterekeningen
bron: Rijksoverheid

Verzekeringsadviseurs die vrezen dat de invoering van actieve provisietransparantie leidt tot het beeld dat intermediairs duurder zijn dan directe verzekeraars, krijgen van demissionair minister Hoekstra het advies om “de meerwaarde van hun dienstverlening goed over het voetlicht te brengen.” De minister toont zich in zijn antwoord op Kamervragen duidelijk niet ontvankelijk voor de bezwaren vanuit de sector.

D66-Kamerlid Alexander Hammelburg had, na een open brief van de Commissie Financiële Dienstverlening, vragen gesteld over de wenselijkheid en uitvoerbaarheid van Hoekstra’s voorstel voor actieve provisietransparantie, zoals geformuleerd in het Wijzigingsbesluit Financiële Markten. Intermediairs moeten voortaan een nominaal bedrag van hun diensten noemen voordat de overeenkomst tot stand komt. Ondanks forse kritiek uit de sector acht de minister het voorstel wel degelijk goed uitvoerbaar en juridisch houdbaar.

Uitvoerbaarheid

Op de vraag omtrent uitvoerbaarheid antwoordt Hoekstra onder meer: “Om tegemoet te komen aan de genoemde bezwaren, heeft de AFM drie aanbevelingen aan mij gedaan. Ik heb deze alle drie overgenomen. Op basis van deze gesprekken [met de sector], en op basis van haar eigen kennis en inzichten, heeft de AFM uiteindelijk geconcludeerd dat het Wijzigingsbesluit met inachtneming van haar aanbevelingen zoals dat nu bij u voorligt uitvoerbaar is.”

Met de drie aanbevelingen van de AFM wordt bedoeld: Maak actieve provisietransparantie alleen van toepassing op nieuwe polissen en niet op mutaties van lopende polissen. Hanteer een implementatietermijn (de minister acht twee jaar redelijk). En maak expliciet dat het bemiddelaars en adviseurs vrij staat om in een eerder stadium een indicatie te geven van het te verwachten provisiebedrag.

Hoekstra vervolgt: “Daarbij nam ik ook in overweging dat bemiddelaars en adviseurs nu al onder de passieve provisietransparantie in staat moeten zijn om desgevraagd (passief) het exacte provisiebedrag aan een cliënt te verstrekken. Dit zou – al dan niet met een wijziging van systemen – ook op grotere schaal (actief) mogelijk moeten zijn.”

Juridische houdbaarheid

Andere vraag betrof twijfels van de sector bij de juridische houdbaarheid van actieve provisietransparantie zoals die nu wordt voorgesteld, met betrekking tot Europese regelgeving, in het bijzonder de Insurance Distribution Directive. Hoekstra: “Ik ben van mening dat het Wijzigingsbesluit wel in lijn is met de IDD. De IDD gaat immers uit van minimumharmonisatie, wat inhoudt dat het voor lidstaten mogelijk is om strengere voorschriften te hanteren. Uitgangspunt bij de IDD is verder dat alle distribuerende partijen, in het bijzonder het directe kanaal en indirecte kanaal, gelijk worden behandeld. Dat is mijns inziens het geval bij het Wijzigingsbesluit, doordat geregeld wordt dat zowel tussenpersonen als schadeverzekeraars transparant dienen te zijn over hun dienstverlening en de vergoeding die ze daarvoor krijgen. Adviseurs ontvangen provisie, en in ruil daarvoor ontvangt de consument een extra dienst, zoals aanvullende hulp bij afhandeling van schade.”

Informatieoverschot

Op de vraag of actieve provisietransparantie tot een onwenselijk informatieoverschot voor consumenten op de verzekeringsmarkt kan leiden, antwoord de minister: “Het is van belang om te voorkomen dat de aandacht van de consument te veel wordt afgeleid van andere belangrijke elementen van zijn productaanschaf, zoals de verzekeringswaarde, dekking, looptijd, uitkering etc. Dat neemt niet weg dat inzicht in provisie voor de consument belangrijk is om het gesprek over de dienstverlening van de adviseur of bemiddelaar goed te kunnen voeren. Ik vind deze informatie dan ook essentieel voor de keuze van het distributiekanaal en aanschaf van het product.”

Minder concurrentie op verzekeringsmarkt

Bij tussenpersonen leven er zorgen dat het actief transparant maken van het provisiebedrag leidt tot het beeld dat tussenpersonen duurder zijn dan directe aanbieders, waardoor er een marktverschuiving optreedt. Daarnaast is er de zorg dat wanneer consumenten wel naar een tussenpersoon gaan, deze alsnog voor het directe kanaal kiezen op het moment dat de consument de mededeling over het provisiebedrag ontvangt. Hoekstra ziet deze zorgen ook, maar redeneert anders: “Juist daarom vind ik het belangrijk dat de consument tijdig en goed over zowel de provisie als over de dienstverlening wordt geïnformeerd. Daarbij is het aan de tussenpersoon om de meerwaarde van zijn dienstverlening, ook na afsluiting van de verzekering, bij de consument goed over het voetlicht te brengen.”

De vaste Kamercommissie Financiën, waarvan Kamerlid Hammelburg deel uitmaakt, is nog bezig met bespreking van het Wijzigingsbesluit Financiële Markten. De commissievergadering van 8 december is omgezet in een schriftelijk overleg.

GEEN REACTIES