Nieuw vakbekwaamheidsbouwwerk ter consultatie

De nieuwe basismodule wordt aangevuld met eenvoudige schade en de nieuwe Wft-Extramodule is de basismodule + beleggen + eventueel schade complex. Reageren kan tot 4 juni a.s.

Het ministerie van Financiën heeft een document ter consultatie gelegd van een voorstel ter verbetering van het vakbekwaamheidsbouwwerk voor financiële dienstverleners. Het gaat om een consultatie op hoofdlijnen. Na de consultatie zal gestart worden met de voorbereiding van formele wetsvoorstellen die naar verwachting in de loop van 2011 zullen worden geconsulteerd. Reacties kunnen vóór 4 juni 2011 gestuurd worden naar consultatie.vakbekwaamheid@minfin.nl.

Zoals eerder vermeld dienen klantmedewerkers of feitelijk leidinggevenden die zich bezig houden met het verlenen van financiële diensten in ieder geval te beschikken over een geldig diploma van de basismodule en daarnaast, voor zover zij zich bezighouden met het verlenen van financiële diensten met betrekking tot een of meerdere van de overige vijf modules, ook over geldige diploma’s met betrekking tot die modules. Bedrijven met meer dan 50 medewerkers kunnen niet meer op een andere manier (bijvoorbeeld via processen of digitale kennisbanken) de deskundigheid van klantmedewerkers borgen.

Wft-modulestructuur

Er komt een nieuwe indeling van de Wft-modulestructuur.

Er worden twee opties gegeven, waaruit gekozen kan worden:

Optie A

Er wordt een zwaardere basismodule gecreëerd waarin naast elektronisch geld, sparen en betalen ook eenvoudige schadeproducten zijn opgenomen. Het gaat zowel om eenvoudige schade voor de particuliere als voor de zakelijke markt. De toevoeging van eenvoudige schadeproducten aan de basismodule zou logisch zijn, vindt het ministerie, omdat bijna alle huidige AFM-vergunninghouders (96%) een vergunning voor schade hebben. Vervolgens kan een adviseur die zich op basis van deze basismodule verder wil specialiseren de module Consumptief Krediet (CK) volgen. Daarnaast wordt een module Wft Extra gecreëerd. De module Wft Extra bevat onder meer de Wft-basis, waar eenvoudige schade is opgenomen. Daarnaast bevat Wft Extra een onderdeel beleggen. De module Wft Extra bevat daarnaast ook de complexe schade producten (zowel zakelijk als particulier).

Bovenop de module Wft Extra (inclusief de complexe schadeproducten) komen twee specialisatie modules: Wft Hypothecair en Wft Vermogensopbouw. In de module Wft Vermogensopbouw is onder meer opgenomen: de oude Wft module Leven (incl. 3e pijler pensioen). Bovenop de module Wft Vermogensopbouw wordt vervolgens nog de module Wft Pensioen (2e pijler) als verdere verdiepingsmodule toegevoegd. De module volmacht blijft gehandhaafd.

Optie B

Deze is gelijk aan optie A met als enige verschil dat complexe schadeproducten niet zijn opgenomen in de module Wft Extra. Complexe schadeproducten worden opgenomen in een specialisatie module Wft schade complex.

Specifieke vragen

Marktpartijen kunnen natuurlijk elk commentaar geven op het document. Het ministerie stelt daarnaast de volgende specifieke vragen:

Over individuele diplomaplicht:

  • Vindt u dat voor ondernemingen die zeer specifieke productgroepen voeren, demogelijkheid moet bestaan om vrijstelling van de diplomaplicht in te voeren voor die specifieke producten? Zo nee, waarom niet?
  • In hoeverre zou een uitzondering op de diplomaplicht voor adviseurs die uitsluitend over eenvoudige schade producten adviseren de lasten kunnen beperken?
  • Wat zijn volgens u de risico’s van mogelijkheden tot uitzondering?
  • Moeten deze mogelijkheden breed in de markt van toepassing worden verklaard of alleen voor de grotere ondernemingen? Waarom?

Over de Wft-modules:

  • Geeft u de voorkeur aan optie A of optie B? Waarom?
  • Zijn er volgens u nog andere producten die opgenomen dienen te worden in een aparte module? Waarom?
  • In het huidige model zijn er een aantal keurmerkorganisaties die door middel van hun eigen opleidingen extra waarde willen toevoegen aan de Wft-modules. Welke rol ziet u in het nieuwe model voor de keurmerken weggelegd?

Zwaarte van de modules:

Er is een aantal opties om de toevoeging van vaardigheden en professioneel gedrag aan de Wft-modules vorm te geven. Aan welke van onderstaande opties geeft u de voorkeur en waarom?

  • Elke Wft-module krijgt een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag toegevoegd.
  • Alleen de module Wft Basis bevat een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag. Daarna wordt in de losse modules niet meer getraind op vaardigheden en professioneel gedrag. Dit model gaat er dus vanuit dat adviseurs zelfstandig de kennis over een product kunnen koppelen aan vaardigheden.
  • Per module wordt gekeken of een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag noodzakelijk is. Adviseurs in eenvoudige schade producten, zoals reisverzekeringen, hebben bijvoorbeeld minder behoefte aan een training vaardigheden dan een adviseur in hypotheken met beleggingscomponent.

Over PE:

Op welke wijze denkt u dat er meer flexibiliteit in het PE-systeem kan worden opgebouwd?

13. Bent u van mening dat er bepaalde productgroepen zijn die vaker onderwerp van PE zouden moeten zijn dan nu het geval is?

14. Wat vindt u van de inhoudelijke opbouw van PE?

15. Bent u het er mee eens dat PE niet uitsluitend zou moeten worden gebruikt voor actualiteiten, maar ook ter herhaling van kennis, professioneel gedrag en vaardigheden?

16. Zou er meer ruimte moeten zijn voor kennis- en ervaringsuitwisseling met collega’s? Zo ja, op welke wijze moet deze worden vormgegegeven?

17. Hoe kan in het huidige systeem worden ingebouwd dat de actualiteit sneller wordt opgepakt en getoetst?

Over het register:

Deelt u de doelstellingen van het register zoals in het consultatiedocument geformuleerd? Zijn deze wat u betreft volledig? Zo nee, welke aanvulling heeft u? (zie hiervoor pag. 23 e.v. van het consultatiedocument).

  • Bent u van mening dat vormgeving door de markt de beste oplossing is? Waarom wel/niet?
  • Deelt u de basisvoorwaarden van het register zoals die in het document zijn geformuleerd? Zijn deze wat u betreft volledig? Zo nee, welke voorwaarden zou u stellen?
  • Bent u het eens met de opname van alle adviseurs in het register? Of geeft u de voorkeur aan een bredere kring? Waarom?
  • Wie is naar uw mening verantwoordelijk voor de opname van de adviseurs in het register: de adviseur zelf, de onderneming waar hij werkzaam is of een ander?
  • Welke rol zou u keurmerken in het register willen geven? Waarom?
  • Hoe kijkt u aan tegen tuchtrecht?

Over de datum inwerkingtreding:

  • Wat vindt u een redelijke termijn om de opleidingen aan te passen?
  • Wat vindt u een redelijke overgangstermijn voor bestaande financiële dienstverleners?

Zie ook:

Consultatiedocument CDFD modulaire structuur Wft-vakbekwaamheid


GEEN REACTIES