Verbond herhaalt bezwaren tegen generieke zorgplicht

AFM krijgt te vergaande interpreterende bevoegdheden. Hoe gaat parlement die controleren en hoe wordt rechtsonzekerheid voor marktpartijen voorkomen?

Onder meer met deze stelling en vragen gaf Verbondsdirecteur Leo de Boer tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer nog eens aan dat de invoering van een generieke zorgplicht in de Wft naar de mening van het Verbond van Verzekeraars onwenselijk is.

Hij is het roerend eens met de visie van de Raad van de State – “dit voorstel sust de klant in slaap”- die een expliciet negatief advies heeft uitgebracht.

De Boer: “Daarnaast vragen wij ons af of de politiek hiermee ook niet een beetje mee in slaap wordt gesust? De AFM kan hierna niet meer om extra bevoegdheden vragen, want die heeft ze dan immers ultiem. Als er toch iets fout gaat, dan heeft de AFM ‘het bijna per definitie gedaan’? De vraag is dus of dit goed gaat uitpakken, ook voor de toezichthouder zelf.”

Een ander argument: “Vanuit de markt vinden we het ook een punt dat als dit ingevoerd wordt, dit ook voor onze concurrenten, de pensioenfondsen, zou moeten gelden. Daar is nu niet in voorzien.”

In een brief die het Verbond naar aanleiding van de voorbereiding van de hoorzitting zond, wijst zij op de rechtszekerheid die in het gedrang komt.

.
“De AFM krijgt vrijwel carte blanche om met terugwerkende kracht normen op te leggen via een aanwijzing. Wordt die aanwijzing niet gevolgd dan kan zij een boete of last onder dwangsom opleggen. Dat strookt niet met het Nederlandse strafrecht, waarbij alleen een straf kan worden opgelegd voor een gedraging als er op het moment van plegen een wet bestond die de specifieke gedraging strafbaar stelde. Het wordt onduidelijk welk gedrag de AFM kan sanctioneren.”

In de special van Branche in Beweging ‘Algemene zorgplicht in de Wft’ leest u de argumenten voor en tegen en wat het betekent voor de financiële dienstverleners

GEEN REACTIES