KEW, pensioen en lijfrente worden niet “ontklemd”

Anders dan stamrecht kunnen pensioen- en lijfrentesaldi niet eerder worden opgenomen.

Dat schrijft staatssecretaris Weekers in de Bijlage Beklemd Vermogen bij zijn brief over Fiscale Toezeggingen en moties aan de Tweede Kamer.

De Tweede Kamer had gevraagd of het niet mogelijk om alle ‘beklemde vermogens’ op dezelfde manier vrij te geven als gebeurd is met de levensloopregeling.

Het kabinet heeft vier vormen van beklemd vermogen geïnventariseerd, namelijk voorzieningen

1) in het kader van de oude dag (pensioen en lijfrente),

2) in het kader van de overbrugging tot aan de oude dag voor specifieke groepen beroepssporters (sportersregelingen);

3) voor de aflossing van de eigenwoningschuld (het regime voor de kapitaalverzekering eigen woning, het beleggingsrecht eigen woning en de spaarrekening eigen woning; hierna gezamenlijk aan te duiden als KEW

4) naar aanleiding van ontvangen vergoedingen voor gederfd of te derven loon (stamrechten).

Zoals bekend gaat de regering fiscaal stimuleren om het stamrecht(voortijdig en in één keer) te gelde maken. Als rechtvaardiging daarvoor moet gelden dat er bij de stamrechtvrijstelling geen wettelijk bestedingsdoel met betrekking tot de uitkeringen bestaat. “Juist vanwege het ontbreken van een specifiek bestedingsdoel en omdat dit de enige nog geheel ongewijzigde vorm van beklemd vermogen is, komt de stamrechtvrijstelling, met het oog op het creëren van een bestedingsimpuls en het streven naar meer vrije besparingen, naar de mening van het kabinet in aanmerking voor aanpassing”, aldus Weekers.

Dat ligt als het om pensioen en lijfrenten gaat anders. En ook de KEW-vrijstelling is aan een bestdeingsdoel gebonden.

KEW

Het KEW-regime maakt het mogelijk dat belastingplichtigen – onder voorwaarden – onbelast kunnen sparen of beleggen voor de aflossing van de eigenwoningschuld. Gelijktijdig met de invoering van de aflossingseis als voorwaarde voor hypotheekrenteaftrek per 1 januari 2013 is het KEW-regime afgeschaft. Bestaande KEW’s worden echter in beginsel geëerbiedigd, waardoor het KEW-regime tot 1 januari 2044 blijft bestaan.
De geëerbiedigde KEW is op twee manieren beklemd. Enerzijds moet de uitkering worden aangewend voor de aflossing van de eigenwoningschuld en anderzijds moet ten minste 15 jaar worden ingelegd voor de kleine vrijstelling (van € 35.700 per belastingplichtige in 2013) of ten minste 20 jaar voor de grote vrijstelling (van € 157.000 per belastingplichtige in 2013). “Het in stand laten van het bestedingsdoel is voor het kabinet evident. Het laten vervallen van het bestedingsdoel opent mogelijkheden om de KEW voor bijvoorbeeld consumptieve doelen aan te wenden, waardoor de toch al hoge bruto hypotheekschuld van Nederlandse burgers op hetzelfde hoge niveau blijft.”

Pensioen en lijfrenten

Weekers: “De regelingen voor de oude dag hebben tot doel te stimuleren dat belastingplichtigen in het kader van hun dienstbetrekking (pensioen) of vrijwillig (lijfrente) een inkomensvoorziening voor de oude dag opbouwen. Om die reden voorziet de Pensioenwet in een afkoopverbod voor pensioen en wordt bij afkoop van een pensioen- of lijfrenteaanspraak de gehele aanspraak in box 1 in de heffing betrokken en wordt daar bovenop revisierente berekend, waardoor als het ware het ten onterechte genoten voordeel ter zake van de omkeerregeling wordt teruggenomen.

Op deze manier wordt onderstreept dat het de bedoeling is dat de inkomensvoorziening gedurende de oude dag daadwerkelijk periodiek wordt genoten.

Het is voor het kabinet evident dat het vrijvallen of afschaffen van beklemmingen op dit vermogen bedoeld voor de oude dag niet wenselijk is, omdat het mogelijk maken van individueel afkopen:

  • de solidariteit in collectief pensioenvermogen ondermijnt (averse selectie) en
  •  via de vrijval van pensioenvermogen een aantasting van de inkomenspositie van (toekomstige) ouderen betekent.”

GEEN REACTIES