Financiële instellingen worden waarschijnlijk nog deze zomer verplicht de financiële handel en wandel van belangrijke functionarissen in de landelijke politiek en hun familieleden door te lichten. Banken en verzekeraars krijgen zelf de verantwoordelijkheid om te bepalen of iemand een ‘Political Exposed Person’ (PEP) is. De maatregel is bedoeld om omkoping, fraude en steun aan terroristen tegen te gaan. Dit meldt het AD vanochtend.
Nu geldt zo’n verscherpt cliëntenonderzoek alleen voor buitenlandse politici die hun geld bij Nederlandse banken of verzekeraars stallen. Maar door strengere Europese wetgeving moeten ook binnenlandse politici en bestuurders zwaarder worden gescreend. Het gaat om de implementatie van de vierde anti-witwasrichtlijn, de Wwft 2018, die op Europees niveau al in 2015 is vastgesteld.
Het verscherpt toezicht gaat gelden voor onder anderen premier Rutte, alle andere leden van het kabinet, parlementariërs, hoge rechters, de legerleiding en bazen van staatsbedrijven. Omdat steekpenningen ook kunnen worden overgemaakt naar familieleden, geldt het verscherpte onderzoek ook voor hen. Vermoedens van witwassen of het aannemen van steekpenningen moeten worden gemeld bij de Financial Intelligence Unit Nederland, die is ondergebracht bij de Nationale Politie.
Een woordvoerder van het Verbond van Verzekeraars noemt als nadeel dat de maatregel kostenverhogend zal werken. De kosten van het verscherpte cliëntenonderzoek worden geschat op €104,- per persoon.
