Niet alleen verzekeringsadviseurs maar ook prijsvergelijkingssites vallen onder het voorgenomen besluit van Minister Hoekstra over actieve provisietransparantie.
Dat blijkt uit een consultatiedocument dat de minister vrijdag voor de markt ter beschikking heeft gesteld. Bij de term prijsvergelijkingssite doelt de minister op sites die niet opereren als adviseur of bemiddelaar (zoals Independer, dat in de kern een gevolmachtigd agent is) maar sites die wel een bedrag ontvangen voor elke klant die via deze site op de website van de verzekeraar komt en daar dan een verzekering afsluit. De informatieplicht over deze provisie ligt overigens niet bij de vergelijkingssite maar bij de verzekeraar.
Voor wat betreft de provisie die ‘reguliere’ adviseurs en bemiddelaars ontvangen voor de verkoop van schadeverzekeringen, gaat gelden dat zij niet actief het exacte bedrag in euro’s hoeven te melden aan de consument. Wel kunnen klanten hier uiteraard naar vragen en dan moeten de adviseurs deze informatie verstrekken. De actieve provisietransparantie heeft daarmee een beperkte reikwijdte: het gaat om wat gemiddeld genomen de afsluit- en doorlopende provisie is voor een bepaalde categorie producten. De actieve transparantie geldt niet voor de zakelijke markt omdat het Ministerie ervan uit gaat dat zakelijke klanten mondig genoeg zijn om zelf naar de provisie te vragen.
In het consultatiedocument wordt een direct verband gelegd tussen enerzijds de provisie en anderzijds de dienstverlening die er tegenover staat. Als voorbeeld geeft het Ministerie de ondersteuning bij de afhandeling van een claim. Behalve de transparantie over de provisie moet er daarom ook openheid komen over de dienstverlening die de klant krijgt van de adviseur/bemiddelaar. Wanneer de klant weet waarvoor hij/zij betaalt, dan zal hij/zij eerder geneigd zijn naar de dienstverlening te vragen. Omgekeerd moet bij direct writers duidelijk zijn dat er bij het ontbreken van provisie ook geen aanvullende ondersteuning verwacht kan worden.
Vrijdag besteedde Findinet al aandacht aan een ander onderdeel van het consultatiedocument: het gelijkstellen van robotadvies aan fysiek advies.
