Minister preciseert grenzen algemene zorgplicht in Wft

Geen nadere regels in een ministerieel besluit en ook geen leidraad van de AFM en: productontwikkelingsproces is geen productgoedkeuringsproces

In de Memorie van Antwoord Wijzigingswet financiële markten 2014 neemt minister Dijsselbloem een aantal zorgen weg die leven rond de invoering van de algemene zorgplicht in de Wft.

Hier enige passages:

“De algemene zorgplicht ontslaat de consument niet van zijn eigen verantwoordelijkheid om zich te (laten) informeren over de betreffende producten of diensten en de daaraan verbonden kosten en risico’s. Dit is ook een essentieel element voor een goede marktwerking.”

“Het ‘in acht nemen van de belangen van de consument’ betekent niet dat de financiëledienstverlener te allen tijde ervoor verantwoordelijk is dat de consument ook daadwerkelijk een passende beslissing neemt.”

De minister herhaalt nogmaals dat de algemene zorgplicht niet als doel heeft een verdergaande verplichting te introduceren dan op basis van het civiele recht al geldt.

Geen nadere regels

Er komt geen nadere invulling van de zorgplichtregels in een AMvB of ministeriële regeling “omdat het vaststellen van nadere regels door middel van een algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling afbreuk zou doen aan het vangnetkarakter van de algemene zorgplicht.

Gezien het vangnetkarakter van de zorgplicht, ligt het ook minder voor de hand dat de AFM op korte termijn beleidsregels en andere richtsnoeren publiceert om op voorhand een eigen interpretatie van de algemene zorgplicht te geven.

Het is wel denkbaar dat de AFM, aan de hand van eventuele concrete gevallen waarin zij schendingen van de zorgplicht heeft gesignaleerd en handhavend heeft opgetreden, richtsnoeren of beleidsregels publiceert waarin zij haar handhavingsbeleid ten aanzien van bepaalde gedragingen bekendmaakt.”

Productontwikkelingsproces

“Het achterliggende doel van toezicht op het productontwikkelingsproces is het voorkomen van massaschade voor de consument en de maatschappij door slechte financiële producten. De AFM kan op basis van deze wettelijke bevoegdheid toezicht houden op het productontwikkelingsproces van financiële ondernemingen en indien nodig eisen stellen aan dit proces. Ook kan de AFM, wanneer een financieel product afbreuk doet aan de belangen van de consument, cliënt of begunstigde, van de desbetreffende financiële onderneming eisen dat het product aangepast wordt of dat het aanbieden van het product gestaakt wordt.

Het gaat daarbij niet om een voorafgaande goedkeuring van producten door de AFM. Een dergelijk ‘productgoedkeuringsproces’ wordt door de regering (nog steeds) niet wenselijk geacht. Ook de algemene zorgplicht verruimt de bevoegdheden van de AFM in het kader van het productontwikkelingsproces niet. De algemene zorgplicht heeft een vangnetkarakter, hetgeen betekent dat de AFM op grond daarvan slechts kan handhaven als specifieke voorschriften ontbreken.

Waar het gaat om de ontwikkeling en het in de markt verkrijgbaar stellen van producten, ligt het derhalve in de rede dat de AFM handhaaft op grond van de regels ten aanzien van het productontwikkelingsproces.”

GEEN REACTIES