AFM: Ook algemene aanbeveling moet zorgvuldig en juist zijn

AFM sleutelt aan adviesdefinitie: рSommige financiële dienstverleners houden zich weg van Wft-advies. Dat heeft geen zin.с

Op het LinkedIn-forum AFM Marktdiscussies heeft toezichthouder Job Dijkstra de stelling geponeerd dat het voor professionele financiële dienstverleners geen zin heeft om zich weg te houden van ‘Wft-advies’. Van advies is volgens de Wft sprake indien, kort gezegd, een specifiek product wordt aanbevolen aan een individuele klant. Een algemene aanbeveling, zoals ‘het is verstandig een lineaire hypotheek af te sluiten’ valt niet onder de definitie en op die aanbeveling zijn de adviesregels van Wft en Bgfo niet van toepassing.

Maar daarmee ontloopt een financiële dienstverlener zijn verantwoording niet, stelt Dijkstra. “Volgens de Wft is dan geen sprake van advies, maar let wel dat de klant deze aanbeveling al snel zal opvatten als een advies. Er staat eenmaal adviseur op uw naamkaartje en de klant verwacht dan ook dat u advies geeft. Dit betekent dan ook dat de AFM van u verwacht dat u ook deze aanbeveling zorgvuldig tot stand laat komen, net zoals u dat doet als u een advies geeft over een specifiek product van een specifieke aanbieder. De rode lijn is dat u bij alle werkzaamheden die u verricht voor de klant, of het nu advies is volgens de Wft, een second opinion of slechts algemene informatie, zorgvuldig te werk moet gaan. Ook als u met de klant spart of als klankbord optreedt, dan moet dat ook inhoudelijk juist zijn. Daarnaast is het belangrijk dat u duidelijke afspraken maakt wat u doet en wat u niet doet, en dat u de verwachtingen waar maakt.”

Ron Dukers, mede-eigenaar van opleidingsinstituut Dukers & Baelemans, vindt dit een “een erg vaag verhaal. Iedere accountant, fiscalist, notaris etc. wordt door de klant ervaren als adviseur. Deze kunnen allemaal objectief zeggen ‘Gezien uw wens om snel af te lossen beveel ik in de lineaire hypotheek aan. Voor deze vorm is evenals de annuïteiten hypotheek de rente fiscaal aftrekbaar’. Waarom is het nu afhankelijk van het visitekaartje of de klant dit ervaart als een Wft advies?’

Het antwoord van de AFM’s Job Dijkstra: “Wat wij soms tegenkomen is dat financiële dienstverleners zich weghouden van het Wft advies omdat men dan niet aan de adviesregels hoeft te voldoen. Wat ik met het voorbeeld probeer duidelijk te maken is dat dit geen zin heeft. Alle werkzaamheden die een professionele financiële adviseur verricht, moet hij zorgvuldig en goed doen. Ook zo’n losse aanbeveling moet juist zijn. Zowel wij als AFM verwachten dit van een professionele financiële adviseur, maar ook de rechter zal kijken naar wat de klant van u als adviseur had mogen verwachten.”

Zowel in de wet als in het Bgfo is niet snel een artikel een artikel te vinden waarop de AFM deze stelling baseert. Of is deze waarschuwing op te vatten als een eerste invulling van het algemene zorgplichtartikel waarmee de Wft per 1 januari 2014 wordt uitgebreid?

Mogelijk ondersteunt deze stelling van de AFM het meer gehoorde pleidooi om de Wft-definitie van advies te herzien. In juli schreven wij al dat sleutelen aan de adviesdefinitie even noodzakelijk als gevaarlijk is. Gevaarlijk als daarbij niet tegelijkertijd andere wel productgerichte Wft- en Bgfo-regels betrokken worden. Deze wetgeving is al veel te veel verworden tot een opeenstapeling van incidentele brandblusregeltjes, waardoor de samenhang – zo daar al ooit sprake van is geweest – geheel is verdwenen.

GEEN REACTIES