Vraag of Deutsche Bank zorgplicht verzaakt niet beantwoord

Dijsselbloem: Het is niet aan mij, maar aan de rechter om uit te maken of een bank de zorgplicht is nagekomen. Ministerie en toezichthouders spelen hier geen rol.
Het Tweede Kamerlid Elbert Dijkgraaf (SGP) vraagt minister Dijsselblooem of Deutsche Bank Nederland door 18.000 klanten de wacht aan te zeggen, in strijd handelt met de zorgplicht.
De minister erkent dat de Hoge Raad in haar jurisprudentie herhaaldelijk heeft bevestigd dat de maatschappelijke functie van een bank een bijzondere zorgplicht meebrengt, “zowel jegens haar cliënten uit hoofde van de met hen bestaande contractuele verhouding, als ten opzichte van derden met wier belangen zij rekening behoort te houden op grond van hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer passend is”.
De reikwijdte van deze zorgplicht hangt af van de omstandigheden van het geval. “In de rechtspraak is deze bijzondere zorgplicht inderdaad toegepast in uiteenlopende situaties”, erkent Dijsselbloem, “waaronder – zoals het lid Dijkgraaf aangeeft – als toetssteen voor de rechtmatigheid van de beëindiging van een krediet door de bank.
Maar verder wil de minister geen uitspraken doen over de handelwijze van Deutsche Bank:
“Op uw vragen die betrekking hebben op vermeende schending van civielrechtelijke normen, kan ik geen antwoord geven. Het is immers niet aan mij, maar aan de (civiele) rechter om zich uit te spreken over de vraag of een bank in de concrete omstandigheden van het geval in strijd heeft gehandeld met haar civielrechtelijke en contractuele zorgplicht. Mochten klanten menen dat er sprake is van schending van wettelijke normen door Deutsche Bank, dan kunnen zij zich wenden tot de rechter. De AFM is belast met het gedragstoezicht op de financiële markten, waaronder de zorgvuldige behandeling van klanten bij de verschillende vormen van dienstverlening. Zoals ik heb aangegeven in mijn eerdere antwoorden op Kamervragen over deze kwestie, zijn op kredietverlening aan partijen die handelen in de uitoefening van bedrijf of beroep echter geen publiekrechtelijke gedragsregels van toepassing. Ik zie hier dan ook geen rol weggelegd voor de AFM of DNB. Wel vertrouw ik er nog steeds op dat Deutsche Bank deze kwestie op een zorgvuldige en passende wijze afwikkelt. Dit heb ik Deutsche Bank ook uitdrukkelijk meegegeven in het gesprek dat ik maandag jl. met de heer Hoving heb gevoerd.”
Hoving is CEO van Deutsche Bank Nederland. Hij heeft in een gesprek de minister verzekerd dat de bank samen met iedere individuele klant naar een passende oplossing zal zoeken “en ik vertrouw erop dat Deutsche Bank zich aan deze toezegging houdt”, aldus Dijsselbloem.
Deel dit bericht, kies uw platform!

Redactie Findinet