Onderlinge verzekeraars zuchten onder zware regeldruk, meldt het Verbond van Verzekeraars. In een speciale uitgave Onderling Verzekerd besteedt het Verbond aandacht aan de nadelen van te veel regels en wordt gepleit voor proportionaliteit.
“Al die regels zijn bedoeld als bescherming van de klant, maar juist door de enorme berg en de hoge kosten van regels lijken we minder tijd dan ooit aan de klant te kunnen besteden”, zei Verbondsdirecteur Leo De Boer bij de overhandiging van het eerste exemplaar van de uitgave aan Tweede Kamerlid Aukje de Vries (VVD).
“De klachten zijn legio”, meldt ook Chris van Toor, manager Platform Onderlinge Verzekeraars, in een column.
In Onderling Verzekerd komen deze klachten aan bod. Zoals van René Kolman, algemeen directeur van maritieme verzekeraar Munis. Munis begint last te krijgen van het ‘one size fits all’-principe: “‘De invoering van Solvency II vind ik niet meer dan terecht. Sterker nog, de richtlijn heeft ons veel gebracht. Het denken vanuit risico’s is mooi, maar hier en daar schiet het nu door.’ Hij doelt onder meer op de rapportagetermijnen die steeds korter worden. ‘Ik vraag me af waarom. Een verzekeraar is een going concern. Wat is dan de relevantie om rapportagetermijnen naar vijf weken te brengen? Ander voorbeeld betreft de day one rapportage. Die heeft ons € 35.000 gekost, maar ik heb geen idee wat ik er zelf wijzer van word.’ Volgens Kolman moeten regels geen doel op zich zijn, maar een middel blijven. ‘Het is typisch Nederlands om incidenten op te lossen door extra regels te stellen.’”
Tom Roos, voormalig DNB-directeur, nu commissaris bij Univé, zegt: “Als DNB niet alle kleintjes uit de markt wil drukken, moet het toezicht risicogebaseerd zijn. Bij een van de onderlingen waar ik nu werk, hebben we 22 brieven van DNB gekregen in één jaar, (…) van elf verschillende afzenders bij DNB die dat vaak niet eens van elkaar wisten.”
Bron: Verbond van Verzekeraars
