Ondanks indringende gesprekken met branchevereniging Adfiz, besloot zorgverzekeraar ONVZ toch vast te houden aan de provisieverlaging.
ONVZ maakte begin november bekend de provisie op individuele zorgverzekeringen te verlagen. Bij de basisverzekering gaat de provisie omlaag van drie naar twee procent, bij aanvullende verzekeringen van maximaal tien naar vijf procent. Adfiz heeft uitgebreid met ONVZ gesproken om haar bezwaar tegen eenzijdige aanpassing van vergoedingen overduidelijk kenbaar te maken.
Principieel
Adfiz vindt ‘ten principale’ dat op lopende polissen geen eenzijdig besluit tot provisieverlaging moet vallen. Adviseurs richten volgens de branchevereniging hun dienstverlening aan de klant in op basis van de overeengekomen beloning. Klanten moeten op deze dienstverlening kunnen blijven rekenen. ‘Door provisiepercentages op bestaande overeenkomsten te verlagen wijzigt de verzekeraar ook afspraken die de klantbediening direct raken’ zo stelt Adfiz in een persverklaring.
Redenen
ONVZ heeft in gesprekken met Adfiz de verschillende redenen voor de provisieverlaging toegelicht en uitgelegd. Eerder liet ONVZ al weten dat het de provisieverlaging gebruikt om de premiestijging te temperen. Daarnaast wordt het bespaarde provisiebedrag ook ingezet voor extra collectiviteitskorting. Bovendien vond ONVZ dat de nieuw voorgestelde provisie nog steeds marktconform is, waar deze volgens de zorgverzekeraar eerder boven dit niveau lag. Adfiz blijft echter bij het principiële bezwaar tegen eenzijdige aanpassing. ONVZ heeft in de gesprekken aangegeven blijvend veel waarde aan advies te hechten en van mening te zijn dat de nieuwe provisieregeling daar ondanks de daling ook een uiting van is. Adfiz blijft in gesprek met ONVZ.
