Ministers tekenen intentieverklaring tegen stijgende bouwkosten

Ministers tekenen intentieverklaring tegen stijgende bouwkosten

Sinds het uitbreken van de coronapandemie is het lastig geworden de eigen woning te verbouwen of te verduurzamen. Iedereen wilde tegelijk gaan verbouwen waardoor bij de aannemers lange wachttijden ontstonden. Inmiddels is daar ook de oorlog in Oekraïne bijgekomen, waardoor de energieprijzen sterk stijgen en er een tekort is aan grondstoffen en materialen. Wie nu probeert iemand te vinden voor het onderhoud van zijn huis, zal merken dat dat heel moeilijk is geworden. Daarom is er nu een intentieverklaring tussen een groot aantal partijen die bij de bouw betrokken zijn, om te zorgen dat onder andere de woningbouw en -verbouw weer vlotgetrokken wordt.

Verduurzaming moet

Onlangs nog kwam minister De Jonge voor Volkshuisvesting met de mededeling dat vanaf 2026 bij vervanging van de cv-ketel een duurzamer alternatief verplicht wordt. Dat kan een hybride warmtepomp zijn, maar ook een volledig elektrische warmtepomp of aansluiting op een warmtenet. Welke variant het ook wordt, om zo’n systeem goed te laten werken, zal de woning eerst goed geïsoleerd moeten worden. In de huidige omstandigheden gaat dat echter niet zo makkelijk lukken.

De oorlog in Oekraïne versterkt een proces dat al eerder in gang was gezet: de energieprijzen stijgen en grondstoffen en onderdelen worden steeds schaarser. Dit leidt tot steeds grotere onzekerheden in het hele bouwtraject waardoor het maken van offertes voor bedrijven steeds risicovoller wordt. Dit leidt tot vertraging en uitstel van projecten. Het is echter van groot belang dat bouwprojecten door blijven gaan. Onderhoud blijft nodig en verduurzaming is nodig om onafhankelijk te worden van het Russische gas. Om te zorgen dat de bouw weer op gang komt, tekenden minister De Jonge en minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat samen met een groot aantal partijen in de bouw een intentieverklaring ‘Samen doorbouwen in onzekere tijden’.

Hoofdpunten van de intentieverklaring

De intentieverklaring bevat een viertal uitgangspunten. Ten eerste is het de bedoeling dat de financiële risico’s niet bij één partij terechtkomen. Het risico moet verdeeld worden over opdrachtgevers en opdrachtnemers. Verder zullen opdrachtgevers en -nemers in goed onderling overleg moeten besluiten hoe zij omgaan met het risico op prijsstijgingen en leveringsproblemen. Ook moeten zij afspraken maken over wat te doen als contractuele afspraken door de crisis niet of niet op tijd kunnen worden nagekomen. Als laatste tekenen de partijen ervoor dat zij ‘zich in onderling vertrouwen en gezamenlijk in zullen zetten voor het zo goed mogelijk op gang houden van de bouwstromen’.

De verschillende partijen hopen zo de risico’s van het bouwproces te verminderen en dat de continuïteit en werkgelegenheid zo veel mogelijk bevorderd worden.

De volgende partijen steunen de intentieverklaring: Aedes, IPO Interprovinciaal Overleg, Koninklijke Bouwend Nederland, Koninklijke NL Ingenieurs, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, NEPROM Nederlandse Vereniging van Projectontwikkeling Maatschappijen, NVTB Nederlandse Vereniging Toeleverende Bouwmaterialenindustrie, Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat, Techniek Nederland, TKI Urban Energy, TNO, VNG Vereniging van Nederlandse Gemeenten, BNA Branchevereniging Nederlandse Architectenbureaus, Unie van Waterschappen.

Bron: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

GEEN REACTIES