Kifid: Verzekeraars mogen gegevens van gemachtigde derde partij gebruiken bij vermoeden van fraude

Kifid: Verzekeraars mogen gegevens van gemachtigde derde partij gebruiken bij vermoeden van fraude
© Pixabay

Een consument die wegens arbeidsongeschiktheid van meerdere verzekeraars een AOV-uitkering ontvangt, heeft niet gemeld dat hij tijdens de uitkeringsperiode inkomen uit arbeid heeft ontvangen. Zijn klacht over beëindiging van de AOV-uitkeringen en terugvordering van eerder uitbetaalde uitkeringen op basis van gegevens van een derde verzekeraar, wordt ongegrond verklaard door het Kifid.

In het najaar van 2009 maakt de consument bij verzekeraars a.s.r., (waar hij een huiseigenaren/woonzeker AOV heeft lopen) en Zwitserleven/SRLEV (waar hij een pensioenverzekering heeft) melding van zijn arbeidsongeschiktheid. De consument heeft ook nog een arbeidsongeschiktheidsverzekering bij Generali. Voor toekenning van de AOV-uitkeringen gaan a.s.r. en Zwitserleven uit van de medische informatie van Generali. Dit gebeurt met instemming van de consument.

Extern Verwijzingsregister
In het voorjaar van 2015 komen a.s.r. en Zwitersleven de naam van de consument tegen in het Extern Verwijzingsregister. Deze registratie is gedaan door Generali. Zowel a.s.r. als Zwitserleven doen bij Generali navraag over deze registratie. Uit de verkregen informatie maken zij op dat de consument in de periode 2010-2012 werkzaamheden heeft verricht en daarmee inkomen heeft verworven, zonder dat hij dit bij de beide verzekeraars heeft gemeld.

Beide verzekeraars besluiten om de persoonsgegevens van de consument op te nemen in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister en beëindigen de AOV-uitkeringen. Ook vorderen zij de eerder betaalde uitkeringen terug van de consument.

Eigen onderzoek
De consument beklaagt zich tevergeefs bij beide verzekeraars en legt zijn klacht tegen zowel a.s.r. als Zwitserleven vervolgens voor aan de Geschillencommissie van Kifid. De consument vindt dat de verzekeraars voor hun besluit om de AOV-uitkeringen te stoppen eigen onderzoek hadden moeten doen naar de mate van zijn arbeidsongeschiktheid. Zij hadden niet af mogen gaan op de (medische) informatie van Generali.

Zorgplicht
In deze klacht is de hoofdvraag of de twee betrokken verzekeraars toerekenbaar tekort zijn geschoten in hun zorgplicht tegenover de consument. De Geschillencommissie constateert dat de consument bij het indienen van zijn AOV-claim beide verzekeraars heeft gemachtigd om voor de beoordeling van de claim gebruik te maken van de uitkomsten van het onderzoek door Generali.

Volgens het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (PIF) mogen verzekeraars over een registratie in het Extern Verwijzingsregister navraag doen bij de verzekeraar die de registratie heeft gedaan. En als hun belangen in het geding zijn mogen verzekeraars de persoonsgegevens van een betrokken consument opnemen in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister. De Geschillencommissie vindt het redelijk dat a.s.r en Zwitserleven een nieuw en eigen onderzoek overbodig vonden. Zij mochten de informatie van Generali betrekken in hun eigen besluiten.

Meldingsplicht
Ook hebben de verzekeraars kennis kunnen nemen van een tweetal vonnissen van de rechtbank. Daaruit blijkt dat de consument opzettelijk heeft nagelaten Generali te informeren over inkomsten uit arbeid, hoewel de verzekeringsvoorwaarden dat voorschrijven.

De Geschillencommissie ziet niet hoe a.s.r en Zwitserleven iets anders hadden kunnen doen dan de AOV-uitkeringen beëindigen. De Geschillencommissie concludeert dat beide verzekeraars niet tekort zijn geschoten in hun zorgplicht. De vordering van de consument wordt afgewezen. De uitspraak (GC 2019-032) in deze klacht van een consument tegen verzekeraar a.s.r. en verzekeraar Zwitserleven is bindend.

Bron: Kifid

GEEN REACTIES