Reële dekkingsgraad pensioenfondsen in 2014 was 80

Op basis van een inflatie van 2% berekende DNB dat de reële dekkingsgraad, die pensioenfondsen volgens de Wet Pensioencommunicatie moeten gaan publiceren in 2014 terugliep van 82 naar 80.

Daarmee is de reële dekkingsgraad terug op het niveau van 2010. De nominale dekkingsgraad bedroeg 108 in 2014.

Dit blijkt uit de DNB ZBO verantwoording 2014 (pag. 38 e.v.).

Lage rente: negatief en positief

“De gunstige beleggingsresultaten in 2014, gedreven door een toegenomen waarde van obligaties en aandelen, bleken niet voldoende tegenwicht te bieden aan de stijging van de waarde van verplichtingen van pensioenfondsen ten gevolge van de daling van de rente. Ondanks een rendement van gemiddeld 18,6% en een totaal belegd vermogen dat is toegenomen tot 1.133 miljard euro, heeft het herstel van de gemiddelde dekkingsgraad in de sector zich zodoende niet verder doorgezet”, aldus DNB, die daarbij wel opmerkt “dat het hoge gerealiseerde rendement voor een deel wordt veroorzaakt door de daling van de rente.”

Kortingen

Per 1 april 2014 hebben dertig pensioenfondsen een korting doorgevoerd. De naar de omvang van de fondsen gewogen gemiddelde hoogte van de verlaging bedroeg 0,84% en had betrekking op circa 650 duizend actieve deelnemers, 405 duizend gepensioneerden en 1,22 miljoen slapers.

Toekomstbestendigheid

“Om in de toekomst aan hun verplichtingen aan deelnemers te kunnen voldoen is voor pensioenfondsen niet alleen een voldoende hoge dekkingsgraad van belang”, merkt DNB op, “maar moet ook het bedrijfsmodel toekomstbestendig zijn. DNB heeft in 2014 aan fondsen met onder meereen relatief klein of een afnemend draagvlak gevraagd om de houdbaarheid van de financiële opzet ook voor de lange termijn inzichtelijk te maken. Ook Premie Pensioen Instellingen (PPI’s) is een project gestart. De initiatieven van DNB hebben eraan bijgedragen dat de sector meer aandacht heeft voor de duurzaamheid van het bedrijfsmodel en dat belangrijke stappen zijn gezet in het mitigeren van bijbehorende risico’s. Een voorbeeld hierbij is dat ruim de helft van een groep van 60 pensioenfondsen die door DNB is aangesproken op de houdbaarheid van hun bedrijfsmodel de koers substantieel heeft gewijzigd. Een tweede voorbeeld waar DNB inzet op de versterking van het bedrijfsmodel van pensioenfondsen is de verbetering van de kwaliteit van de voorzieningen bij pensioenfondsen.

Uit onderzoek van DNB is in 2014 gebleken dat een groot deel van de onderzochte fondsen onvoldoende onderbouwing heeft voor de wijze waarop zij de benodigde omvang van voorzieningen voor uitvoeringskosten vaststellen. DNB heeft pensioenfondsen gevraagd om tot adequate voorzieningen te komen.”

Beheersing marktrisico

Verschillende pensioenfondsen bleken niet ‘in control’ te zijn met betrekking tot hun marktrisico’s. De oorzaak hiervan was dat zij teveel vrijheid gaven aan externe vermogensbeheerders om het beleggingsbeleid in te vullen. De self-assessments hebben er aan bijgedragen dat fondsbesturen beter toezien op een adequate vertaling van het beleggingsbeleid in vermogensbeheercontracten. Waar nodig hebben fondsen risico mitigerende maatregelen getroffen.

GEEN REACTIES