‘Letselschadeslachtoffers zijn dupe van prijsafspraken verzekeraars met rechtshulpverleners’

‘Letselschadeslachtoffers zijn dupe van prijsafspraken verzekeraars met rechtshulpverleners’
© Pixabay

Verzekeraars maken verboden prijsafspraken met juridische adviesbureaus over de buitengerechtelijke kosten in letselschadezaken. Deze prijsafspraken, vermeld in de zogeheten PIV-regeling, schaden de belangen van slachtoffers van personenschade. Dit zegt de Vereniging van Advocaten voor Slachtoffers van Personenschade (ASP). De vereniging vraagt de Autoriteit Consument en Markt (ACM) om de regeling te verbieden.

Staffel
PIV staat voor Personenschade Instituut van Verzekeraars. De PIV-regeling koppelt de vergoeding van het letselschadeslachtoffer aan de omvang van de schade, maar niet aan de verrichte handelingen om de schade te claimen. Er is dus een staffel die uitgaat van een vaste relatie tussen de hoogte van een uit te keren schadevergoeding en de buitengerechtelijke kosten. Veel letselschadeslachtoffers hebben last van deze regeling. Doordat de buitengerechtelijke kosten niet aan de bestede tijd worden gekoppeld, worden bureaus ontmoedigd om voldoende tijd aan een zaak te besteden, ook als dat wel in het belang is van het slachtoffer.

De staffel kent een dalende opbrengst: hoe meer schade iemand claimt, hoe lager de opbrengst. Dat lokt strategisch-economisch handelen uit: zo snel mogelijk een zaak afwikkelen tegen een relatief laag bedrag is lucratiever dan doorwerken en zorgen dat het slachtoffer krijgt waar hij werkelijk recht op heeft. Het belang van het slachtoffer is in de PIV-regeling ondergeschikt gemaakt aan dat van de verzekeraar en de bureaus, aldus de ASP.

Redelijke vergoeding
ASP-advocaten weigeren “uiteraard” aan deze praktijken mee te doen, maar krijgen regelmatig te horen dat de door hen verrichte werkzaamheden niet worden vergoed. Dit omdat de verzekeraar enkel het bedrag uit de PIV-regeling als redelijk beschouwt. Zo passen ze indirect alsnog de PIV-regeling toe op advocaten die deze regeling nu juist verwerpen. De wet is echter duidelijk, zegt de ASP: kosten die redelijk zijn dienen vergoed te worden, niet slechts de kosten die verzekeraars in een zelfbedachte regeling vergoeden.

Kwaliteit in gevaar
De PIV-regeling zorgt ook voor druk op de kwaliteit van de dienstverlening. De leden van de ASP investeren in innovatie en opleiding. Deze investering verrekenen zij in de tarieven. De bij de PIV-regeling aangesloten bureaus investeren veel minder in kwaliteit, aldus de ASP. De PIV-regeling indirect toepassen op advocaten, brengt hun kwaliteit, die nu eenmaal geld kost, in gevaar.

Marktwerking aangetast
Daar komt bij dat de PIV-regeling de marktwerking en onafhankelijkheid van de rechtshulp aantast. Volgens ASP moet de rechtshulp voor letselschadeslachtoffers niet alleen kwalitatief goed zijn, maar ook onafhankelijk. De PIV-regeling is door verzekeraars zelf opgesteld. Het in feite een vaste prijsafspraak, die geldt tussen verzekeraars en bureaus, ook onderling. Dergelijke prijsafspraken zijn niet alleen slecht voor slachtoffers maar bovendien verboden. Artikel 6 van de Mededingingswet verbiedt overeenkomsten tussen ondernemingen die ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan wordt beperkt of vervalst. Daarom heeft de ASP aan de ACM gevraagd de PIV-regeling te verbieden.

Bron: ASP

www.findinet.nl/newsletter/
Klik op de banner en ontvang de wekelijkse Nieuwsbrief van Findinet op proef.

GEEN REACTIES