De baankansen van duizenden ontslagen medewerkers van banken, verzekeraars en andere financiële instellingen zijn aanzienlijk slechter dan bijna alle andere beroepsgroepen op de arbeidsmarkt.
Ruim 60 procent van hen blijft een jaar of langer hangen in een WW-uitkering, tegenover een gemiddelde van 35 procent. Het aantal uitkeringen voor mensen uit de financiële wereld is meer dan verdrievoudigd van 2009 tot 2016.
Breed inzetbaar
Annelies Bontjer, bestuurder FNV Finance: ‘De banen van financiële medewerkers zijn grotendeels vervangen door digitale systemen. De medewerkers zelf hebben een grotere kans weer aan de slag te gaan, als ze breed inzetbaar zijn. Daarom ligt de nadruk van FNV Finance in de sociale plannen op het om-, her- en bijscholen van medewerkers. De ontslagen medewerkers kunnen dan begeleid worden naar werk buiten de sector.’
Ook herkent FNV Finance het beeld dat er de laatste jaren niet overal meer is geïnvesteerd in het financiële personeel. Annelies Bontjer: ‘Hoe specialistischer het werk, hoe lastiger het is om een passende functie te vinden. Juist als het slecht gaat, zie je je dat er op het personeel als eerste bezuinigd wordt. Dat gaat ten koste van de mobiliteit en inzetbaarheid later.’
Bontjer spreekt het verhaal tegen dat financiële medewerkers langer werkloos zouden zijn omdat ze royale lonen hebben gehad. ‘Als deze medewerkers al een vrij hoog salaris hebben, komen ze in de WW bedrogen uit omdat de WW een maximum dagloon kent. Meestal heeft deze groep echter een salaris beneden het WW-dagloon. Dit betekent dan dat deze groep 70 procent WW van hun laatst verdiende loon ontvangt. Net zoals bij medewerkers uit andere sectoren, is een aanvulling op hun WW-uitkering vanuit een sociaal plan dan zeer noodzakelijk. De persoonlijke financiële verplichtingen gaan immers gewoon door.’
(FNV Finance)
