(Findinet) Eigen definitie van het begrip opzet in BBR staat regres niet in de weg

Een jongen van 16 sticht brand in een op een parkeerterrein opgeslagen strandhuisje, dat volledig afbrandt. De brand is overgeslagen naar andere strandhuisjes, waardoor 163 huisjes afbranden of beschadigd raken. De jongen bekent de brandstichting en de rechtbank acht in de strafzaak wettig en overtuigend bewezen dat hij de brand opzettelijk heeft gesticht waardoor een grote hoeveelheid andere strandhuisjes geheel of gedeeltelijk zijn afgebrand.

De brandstichter was op een gezinspolis tegen particuliere aansprakelijkheid verzekerd. De AVP-verzekeraar weigert uitkering op grond van de opzetclausule, luidende: "Niet gedekt is de aansprakelijkheid van a. een verzekerde voor schade die voor hem/haar het beoogde of zekere gevolg is van zijn/haar handelen of nalaten. (…)"

De diverse brandverzekeraars die de eigenaren van de huisjes schadeloos gesteld hebben de brandstichter aansprakelijk gesteld voor de geleden schaden. De rechtbank heeft geoordeeld dat de Bedrijfsregeling Brandregres 2000 (BBR) de regresmogelijkheid niet in de weg staat en wijst schadevergoeding toe tot een bedrag van circa een miljoen euro.

Dat laatste wordt door de dader betwist. De BBR bepaalt immers in artikel 1 dat brandverzekeraars geen verhaal zullen nemen op particulieren die uitsluitend in hun particuliere hoedanigheid aansprakelijk zijn voor de door een brandverzekeraar uitgekeerde schade. In afwijking van deze regel bepaalt artikel 3 dat het wettelijk recht van verhaal onbeperkt van toepassing blijft (voorzover hier relevant):

a. jegens degene die met opzet de schade heeft veroorzaakt,

b. jegens degene tegen wie terzake van de ontstane schade een gerechtelijke uitspraak wegens misdrijf in kracht van gewijsde is gegaan.

Artikel 7 van de BBR geeft onder (4) een definitie van het begrip opzet: "Opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten, waardoor schade ontstaat of wordt veroorzaakt. Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat de desbetreffende persoon zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert, dat hij/zij niet in staat is zijn/haar wil te bepalen."

De brandstichter beroept zich op een publicatie in het WPNR uit 1986 op naam van de Vereniging van Brandassuradeuren.  Deze vereniging heeft destijds het Bindend Besluit Regres 1984, in het jaar 2000 vervangen door BBR 2000, vastgesteld. Uit die publicatie blijkt dat destijds een van de achterliggende uitgangspunten van de regeling is geweest dat alleen verhaald zal worden in de gevallen die dusdanig maatschappelijk laakbaar zijn dat ook een schuldverzekering als de AVP er geen dekking voor biedt. De brandverzekeraars hebben de juistheid van het vorenstaande erkend.

Gelet hierop bepleit de schuldige dader dat dit in dit geval betekent dat de brandverzekeraars geen verhaal mogen zoeken indien de aansprakelijkheidsverzekeraar gehouden is dekking te bieden. Volgens hem moet worden aangenomen dat de opzetclausule in zijn aansprakelijkheidsverzekering naadloos aansluit op de opzetclausule in de BBR.

Dat zou betekenen, aldus het hof, dat de uitleg van artikel 3 BBR zou kunnen variëren al naar gelang de definitie die in de (eventueel) betrokken aansprakelijkheidsverzekering is opgenomen. En die bedoeling hebben de opstellers van de BBR niet gehad, hetgeen ook duidelijk blijkt uit het feit dat de BBR een eigen definitie geeft van het begrip opzet.

Het Verbond van Verzekeraars heeft in het jaar 2000 vrijblijvend de standaardpolisvoorwaarden voor aansprakelijkheidsverzekeringen voor particulieren (AVP 2000) geadviseerd. Hierin is een gereviseerde opzetclausule opgenomen die overeenkomt met de opzetclausule in de BBR. Voor zover aansprakelijkheidsverzekeraars de AVP 2000 in hun voorwaarden hebben overgenomen, is de koppeling die werd beoogd door de opstellers van de BBR daadwerkelijk tot stand gekomen. Echter, nu in de aansprakelijkheidsverzekering van de brandstichter het begrip opzet anders is geformuleerd dan in de AVP 2000 (en dus ook in de BBR), kan slechts worden geconstateerd dat er in dit geval geen naadloze aansluiting tussen de BBR en de aansprakelijkheidsverzekering bestaat. De brandverzekeraars kunnen dus ook regres op de dader nemen indien zou blijken dat de AVP-verzekeraar zich ten onrechte zou beroepen op opzet in de zin van de aansprakelijkheidsverzekering.

Verder overweegt het hof dat vooropgesteld moet worden dat de achtergrond van artikel 5 BBR is dat dient te worden voorkomen dat verhaalszoekers worden geschaad omdat brandverzekeraars eveneens verhaal zoeken. Maar het valt niet in te zien waarom de brandstichter (die zelf geen verhaalzoeker is) aan deze bepaling rechten zou kunnen ontlenen jegens de brandverzekeraars.

Het volledige arrest

GEEN REACTIES