Concept-dvd bewijst: hele branche niet in één document te vangen

De AFM heeft de regeling en toelichting Dienstverleningsdocument ter consultatie aangeboden. Het is volledig toegespitst op de adviseur.

Reageren op het consultatiedocument kan tot en met 7 juni 2013via dienstverleningsdocument@afm.nl

Er is sprake van vier verschillende standaard dienstverleningsdocumenten, afhankelijk van de dienstverleningsvraag:

  • hypotheekvraag;
  • vraag over risico?s afdekken;
  • vraag over vermogen opbouwen; of
  • pensioenvraag werkgever

Van het dvd ‘hypotheekvraag’ maakt de vraag over risico’s afdekken integraal onderdeel uit.

Aan de dienstverleningsvraag worden de bestaande producten gekoppeld

In het document worden de werkzaamheden van de financiële dienstverlener in vijf verschillende soorten activiteiten onderverdeeld:

1. Onderzoek: hoe is uw persoonlijke situatie?

2. Advies: Welke financiële oplossing past bij uw situatie?

3. Zoeken: Welke aanbieder heeft de financiële oplossing die bij u past?

4. Contract: Heeft u gekozen? Dan kunnen wij ervoor zorgen dat u de contracten krijgt.

5. Onderhoud: U heeft het contract. Daarna houden wij in de gaten of het goed gaat.

De consument ziet niet alleen welke activiteiten de financiële dienstverlener wel verricht, maar ook welke hij niet tot zijn takenpakket rekent: Deze vijf onderdelen moeten namelijk in elk document worden weergegeven. Zijn zij donker gekleurd, dan zijn zij van toepassing; zijn zij licht gekleurd, dan is dat niet het geval. Zo ziet de consument in één oogopslag wat hij krijgt en ook wat hij mist.

Datzelfde geldt voor onderdeel 3. ‘zoeken’: de drie opties

– Geen vergelijking van producten

– Vergelijking van beperkt aantal producten

– Vergelijking van groot aantal producten

zijn altijd zichtbaar en alleen de donker gekleurde optie is van toepassing.

De vergelijking van een groot aantal producten staat gelijk aan de objectieve analyse. Kort gezegd is daarvan sprake als 95% van het totale productenaanbod in een bepaalde productcategorie in de advisering wordt betrokken. Om na te gaan of een advieskantoor aan die norm voldoet zal de AFM per categorie aangeven hoeveel producten in de markt beschikbaar zijn.

Geen plaats voor de directe aanbieder?

In de toelichting geeft de AFM aan dat de eerste drie activiteiten (onderzoek, advies en zoeken) samen de financiële dienst ‘adviseren” omvatten. De vierde activiteit ‘contract’ betreft bemiddelen dan wel aanbieden. In geval van aanbieden of bemiddelen zonder advisering is alleen deze vierde activiteit donker gekleurd in het document. De andere activiteiten blijven ook zichtbaar, maar licht gekleurd. “Het zichtbaar maken van zowel de diensten in het dienstverleningsproces die de financiële dienstverlener verleent als de diensten die de financiële dienstverlener niet verleent, zorgt er voor dat consumenten of cliënten in de oriëntatiefase goed de bestaande mogelijkheden kunnen vergelijken.”

In het contract-veld kan gekozen worden uit 3 opties:Kort gezegd: U neemt na ons advies een beslissing. Wij zullen (wel/niet) bemiddelen. Of: “Wij kunnen ervoor zorgen dat u de contracten krijgt voor het product dat u zelf gekozen heeft”. De directe aanbieder zal voor de laatste optie kiezen en het is voorstelbaar dat een dergelijke opmerking vreemd bij de consument zal overkomen.

Eigenlijk is dat de enige plek in het 4 pagina’s tellende dvd die donker gekleurd is. En waar de aanbieder ruimte heeft om in de vorm van een ‘uitgebreide tweet’ (maximaal 400 leestekens) de consument te wijzen op de regels c.q. risico’s van execution only.

Onze conclusie

Het dvd is geheel toegesneden op de adviseur. De execution only-bemiddelaar en de directe aanbieder moeten een document verstrekken dat voor 90% licht gekleurd is. Dat lijkt in het voordeel van de onafhankelijke adviseur omdat de consument direct ziet welke dienstverleningsaspecten hij zal missen. Aan de andere kant hangt aan elke dienst een prijskaartje en die prijs moet wel in elk dvd donker gekleurd worden weergegeven. Een gemiddelde prijs die uitgesplitst wordt in advieskosten en kosten gericht op het afsluiten van het product. Hier kan de directe aanbieder volstaan met een bedrag(je) voor de distributiekosten en dat zal een opmerkelijk verschil opleveren met de advieskosten. Een geflatteerd verschil bovendien, omdat het dvd geen ruimte laat voor mogelijke verschillen in productprijs die de aanbieder rekent en die de adviseur de klant kan bieden.

Kortom: de branche is te veelzijdig om alle marktpartijen in vier A-viertjes tot hun recht te laten komen.

Jan Aikens

GEEN REACTIES