Bovenberg: Laat werkenden extra AOW-rechten opbouwen

Extra AOW-opbouw als antwoord op de subsidiƫring aan ouderen die jongeren nooit meer terug ontvangen.

Deze gedachte is afkomstig van Lans Bovenberg op de website Me Judice.

De doorsneesystematiek in het aanvullende pensioenstelsel is niet toekomstbestendig. Maar uitfasering resulteert in een overgangsproblematiek.

“Overstappen op een actuarieel neutrale pensioenopbouw waarbij jongeren meer pensioenrechten opbouwen dan ouderen resulteert in een aanzienlijke transitieproblematiek. Transitiegeneraties krijgen te maken met een pensioengat. De subsidies die zij op jonge leeftijd hebben verstrekt aan oudere generaties ontvangen ze niet meer terug in de tweede helft van hun arbeidscarrière. Het schatte deze overgangsproblematiek op zo’n 100 miljard euro.

Het snel affinancieren van deze impliciete schuld door het verhogen van de fiscaal aftrekbare pensioenpremies en het verlagen van de pensioenen zou beschikbare inkomens verlagen en het overheidstekort vergroten. Verdere bestedingsuitval is het laatste waarop de Nederlandse economie zit te wachten nu huishoudens na een forse daling van de huizenprijzen druk bezig zijn hun hypotheekberg af te bouwen.”

Daarom stelt Bovenberg de volgende oplossing voor: “Laat werkenden extra AOW-rechten opbouwen afhankelijk van hun arbeidsinkomen. De transitie generaties betalen hiervoor lage premies. De generaties die de dupe worden van het afschaffen van de doorsneesystematiek in de aanvullende pensioenen profiteren van de introductie van extra AOW-rechten. De totale premielast van AOW en aanvullend pensioen op het arbeidsinkomen van werknemers verandert niet. De AOW neemt zo de generatiesolidariteit over van de private aanvullende pensioenen.
Dit zorgt voor een heldere ontvlechting van private en publieke verantwoordelijkheden.

De overheid ontfermt zich als grootste collectiviteit over de publieke functie van intergenerationale solidariteit. Iedereen betaalt mee aan het financieren van de impliciete schuld in het pensioenstelsel zonder dat dit de keuze tussen werknemerschap en ondernemerschap verstoort.

De AOW-compensatie lost ook een vergelijkbaar transitieprobleem op bij het uitfaseren van de fiscale leeftijdsstaffel in beschikbare premieregelingen. Deze staffel bepaalt dat jongeren minder fiscaal aftrekbare pensioenpremie mogen inleggen dan ouderen. Dit riekt naar leeftijdsdiscriminatie. Met een leeftijdsonafhankelijke premie renderen premies langer omdat ze eerder worden ingelegd. Premies kunnen daardoor omlaag. De premiesystematiek van beschikbare premieregelingen spoort zo bovendien beter met de leeftijdsonafhankelijke doorsneepremie in uitkeringsregelingen. Burgers kunnen daardoor gedurende hun werkzame leven gemakkelijker overstappen tussen verschillende pensioenregelingen.”

Lees hier het artikel op MeJudice

GEEN REACTIES