Bijna helft werkgevers is niet of nauwelijks bezig met nieuwe Pensioenwet

Bijna helft werkgevers is niet of nauwelijks bezig met nieuwe Pensioenwet
© Wfranz, Pixabay

Werkgevers doen het rustig aan met hun voorbereiding op de noodzakelijke veranderingen in hun pensioenregeling. Dat blijkt uit het pensioensurvey van Aon, dienstverlener op het gebied van o.a. pensioenoplossingen.

“De meeste werkgevers begrijpen wat de noodzakelijke veranderingen inhouden, maar zijn nog niet tot actie overgegaan”, zegt Frank Driessen, CEO Wealth Solutions van Aon Nederland. De vraag is of dat handig is. “Werkgevers doen er goed aan nu al te beginnen met de voorbereiding om straks alles op tijd geregeld te hebben.”

Aon vroeg 78 bedrijven en organisaties in hoeverre zij bezig zijn met de impact van de wet Toekomst pensioen op hun eigen pensioenregeling. Een ruime meerderheid gaf aan zich voldoende bewust te zijn van de wijzigingen in de pensioenen. Maar uit andere vragen blijkt dat het daar ook grotendeels bij gebleven is. Maar liefst 45% van de werkgevers is nog niet begonnen aan de voorbereiding, of is nog in een heel vroeg stadium.

Complexiteit

Het lijkt er dan ook op dat werkgevers de voorbereiding voor zich uit schuiven. Ze zien het meest op tegen de complexiteit van de transitie en denken wellicht nog meer dan genoeg tijd te hebben.

De datum dat alle pensioenregelingen aangepast moeten zijn, is 1 januari 2028. “Dat lijkt nog ver weg,” zegt Driessen, “maar om een pensioenregeling aan te passen aan de nieuwe wet, moet er veel gebeuren. In gesprek met klanten horen we vaak de vraag: ‘Wat is de hoogte van de vlakke premie van andere werkgevers in onze branche?’ Het is logisch dat werkgevers benieuwd zijn naar wat de rest doet, maar het is nog te vroeg om daar antwoord op te geven. Het is zaak dat werkgevers eerst inzicht in hun huidige situatie krijgen, een tijdspad vaststellen en hun wensen voor de toekomstige pensioenregeling bepalen.”

Ondernemingsraad

Om deze vragen te beantwoorden, zijn zowel de werkgever als de werknemer nodig. Deze periode kan dus goed gebruikt worden om in gesprek te gaan met de ondernemingsraad, adviseert Aon. Bijvoorbeeld over wat te doen met het nabestaandenpensioen, of over de eventuele compensatie voor bepaalde groepen medewerkers, omdat straks iedereen dezelfde premie gaat betalen.

Uit de survey blijkt dat de meeste werkgevers ervoor kiezen om compensatie te bieden via het pensioen of via een combinatie van het pensioen en het loon. Driessen: “Maar liefst 25% geeft aan geen compensatie te bieden of hierover nog geen beslissing te hebben genomen. Voor Nederlandse begrippen is dat opvallend hoog”.

Communicatie is essentieel

Op het moment dat er meer inzicht is en men weet waar men naar toe wil, is het tijd om in gesprek te gaan met de pensioenadviseur. Op de vraag hoe respondenten informatie over de Wtp verkrijgen, geeft maar liefst 84% aan een adviseur nodig te hebben. Driessen: “Niet alleen vanwege de complexiteit, maar ook vanwege de aangescherpte communicatievoorschriften. Vanuit de Wtp is de werkgever verplicht de deelnemers ‘te begeleiden bij het maken van de keuzes’. Dat gaat veel verder dan alleen ‘informeren’ zoals tot nu toe het geval was. Goede communicatie naar de medewerkers is dus essentieel, tijdens en ná de transitie.”

Bron: Aon

GEEN REACTIES