AFM-boete helpt klanten bij terugvorderen bemiddelingsvergoeding

De AFM heeft Maesons een boete opgelegd voor het rekenen van een afsluitvergoeding voor consumptief krediet. Een extra wapen om de overeenkomst nietig te laten verklaren.

De AFM heeft ’t Sorgh & Huis BV (Maesons) een boete opgelegd van € 31.250 omdat het bedrijf vergoedingen voor haar dienstverlening in consumptief krediet in rekening heeft gebracht bij een ander dan de aanbieder van het krediet. Dit is een overtreding van artikel 4:74 Wft.

39 klanten betalen ten onrechte € 86.951 bemiddelingskosten

De AFM heeft vastgesteld dat bij 39 consumenten een vaste vergoeding in rekening is gebracht variërend van € 995, – tot € 2.500, – met een totaalbedrag van € 86.951,-. Die vergoeding heeft uitsluitend betrekking op de dienstverlening met betrekking tot consumptief krediet. Bemiddelaars in consumptief krediet mogen zich alleen laten belonen in de vorm van provisie door de aanbieder. Het is een bemiddelaar in consumptief krediet verboden voor consumptief krediet een beloning of vergoeding, in welke vorm dan ook, te bedingen of te aanvaarden dan wel in rekening te brengen aan een ander (lees hier: de consument).

Naast de kosten voor het krediet heeft Maesons in de door haar afgesloten overeenkomsten opgenomen dat consumenten nazorgkosten à € 150, – per jaar moesten betalen vanaf het tweede jaar van de overeenkomst. Deze nazorgkosten zien volgens de opdracht tot dienstverlening op “periodieke controles op het verstrekte advies en het up to date houden van de toekomstige financiële posities in verschillende situaties”.

Ook die nazorgkosten zijn aan te merken als kosten van krediet en hadden dus niet aan de consumenten in rekening gebracht mogen worden.

De AFM legt na afweging van de draagkracht van de onderneming een boete op van € 31.250. Hierdoor heeft Maesons nog aardig verdiend aan de verboden handelingen.
Maar de AFM mag daarmee geen rekening houden. De wet bepaalt namelijk dat de AFM eerst vanaf een behaald voordeel van 2 miljoen euro dat voordeel mag ‘ontnemen’.

Daar staat tegenover dat de klanten een bemiddelingsbedrag betaald hebben waarvoor geen rechtsgrond aanwezig is. De kans bestaat dus dat de civiele rechter de overeenkomst, of in elk geval dit kostenelement element in de overeenkomst, nietig c.q. vernietigbaar verklaart en de klanten het recht hebben op teruggave van het betaalde bedrag.

We vroegen AFM of de toezichthouder hier ten opzichte van de gedupeerde consumenten ruchtbaarheid aan geeft. De AFM vindt dat zij geen rol kan spelen in civielrechtelijke aangelegenheden. “Het valt buiten onze bevoegdheden om daar een rol in te spelen.”

Wel voegt de AFM daaraan toe: “Deze boete biedt consumenten een extra bouwsteen om hun overeenkomst nietig te laten verklaren.”

GEEN REACTIES