OvFD: Aanbieders moeten adviseren bij hypotheekverlenging

De adviseur moet bij verlenging rekening houden met de financiële positie van de consument. De aanbieder laat de klant een kruisje zetten bij de gewenste nieuwe termijn. De OvFD vindt het onverklaarbaar en onjuist dat aanbieders blijkbaar niet aan de Leidraad Hypotheekadvisering van de AFM hoeven te voldoen.

“Eind vorig jaar heeft de AFM de leidraad hypotheekadvisering gepubliceerd. In aflevering 4 (Advies over de rentevastperiode) van deze leidraad staat dat ‘de adviseur de consument niet een aantal opties mag voorleggen en de consument vervolgens zelf de keuze mag laten maken. Uitgangspunt is dat de adviseur bij elke optie de consument duidelijk maakt wat zijn aanbeveling is.’ De adviseur moet bij de vaststelling van de rentevastperiode rekening houden met de huidige en toekomstige financiële positie van de consument en de risico’s die hij daarbij kan en wil dragen.

Op dit moment moeten geldverstrekkers volgens de Gedragscode Hypothecaire Financieringen (GHF) tenminste één maand voor de afloop van een rentevastperiode consumenten schriftelijk het rentepercentage voor de eerstvolgende rentevastperiode offreren.

In de praktijk ontvangen consumenten hiertoe een verlengingsvoorstel van de geldverstrekker, met daarin een opgave van de diverse verlengingsmogelijkheden. De consument wordt daarbij gevraagd om aan te geven wat de nieuwe rentevastperiode moet worden. Voldoende is dat de consument een kruisje zet voor de nieuwe gewenste termijn en deze keuze bevestigt met een handtekening.” De OvFD heeft deze tegenstelling inmiddels voorgelegd aan de AFM, maar daarop nog geen reactie ontvangen. De OvFD zal de bestaande praktijk ook met aanbieders bespreken en er daarbij op aandringen dat als de consument in het verleden de hypotheek heeft afgesloten via een hypotheekadviseur, dat deze adviseur ook een kopie krijgt van het voorstel zodat hij contact kan opnemen met de consument. “Ook vinden wij het van groot belang dat de aanbieder de consument voor advies verwijst naar de hypotheekadviseur. Dit lijkt vanzelfsprekend, maar is op dit moment helaas niet gebruikelijk. Tot slot stellen wij vraagtekens bij de in de GHF gestelde termijn van één maand. Naar onze mening zou de geldverstrekker de consument tenminste twee of drie maanden voor de afloop van de rentevastperiode moeten informeren, zodat de consument een adequaat advies inzake de verlenging van zijn hypotheek kan inwinnen.

GEEN REACTIES