Opnieuw wijziging provisieregels

In het ontwerpbesluit Wijzigingsbesluit financiële markten 2011 is het voorstel opgenomen om o.m. artikel 149a Bgfo (het artikel dat de provisies regelt) te veranderen. Onveranderd blijft, dat alleen afsluitprovisie en doorlopende provisie zijn toegestaan. De uitzonderingen hierop voor nietgeldelijke provisies en geschenken met een geldelijke waarde tot maximaal ? 100 worden geschrapt. Het ontwerpbesluit ligt nu ter consultatie. Reacties kunnen ingediend worden tot 12 juli a.s.

Het ontwerpbesluit Wijzigingsbesluit financiële markten 2011 bevat een aantal wijzigingen van algemene maatregelen van bestuur die hun grondslag hebben in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Het is een onderdeel van de Wijzigingscyclus van nationale regelgeving op het terrein van de financiële markten. Het ontwerpbesluit heeft een beoogde inwerkingtredingdatum van 1 januari 2011.1.

Artikel 149a bgfo Artikel 149a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt "cliënt" telkens vervangen door: consument of cliënt.

2. Het derde lid komt te luiden: 3. Onverminderd het eerste en tweede lid verschaft of ontvangt een aanbieder, bemiddelaar of adviseur voor het bemiddelen of adviseren inzake een betalingsbeschermer, complex product, hypothecair krediet of uitvaartverzekering, rechtstreeks of middellijk, geen andere provisie dan:

a. afsluitprovisie; of

b. doorlopende provisie.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt na het derde lid een lid ingevoegd, luidende: 4. Het derde lid is niet van toepassing op provisie:

a. die door de consument of cliënt wordt verschaft aan de bemiddelaar of adviseur; of

b. die noodzakelijk is voor het verlenen van de dienst of deze mogelijk maakt.

Toelichting

Per 1 januari 2010 is de regeling van artikel 149a op zodanige wijze aangepast dat binnen het kader van de normen als opgenomen in het eerste en tweede lid uitsluitend nog zijn toegestaan provisies die ter gelegenheid van de totstandkoming van een overeenkomst zijn verschaft of ontvangen. Het derde lid van artikel 149a verwoordt dit uitgangspunt door te bepalen dat alleen afsluitprovisie en doorlopende provisie zijn toegestaan. De voorheen geldende uitzonderingen hierop voor nietgeldelijke provisies en geschenken met een geldelijke waarde tot maximaal € 100 zijn door de onderhavige aanpassing van het derde lid geschrapt.In het vierde lid, onderdeel a, is geregeld dat provisies die door de consument of cliënt worden betaald evenmin onder het toepassingsbereik van het derde lid vallen. Als provisies door de consument of cliënt worden betaald kan de provisiebetaling als zodanig geen prikkel zijn voor de adviseur of de bemiddelaar om niet in het belang van de consument of cliënt te handelen.

In het vierde lid, onderdeel b, is geregeld dat het derde lid niet van toepassing is op provisie die noodzakelijk is voor het verlenen van de betreffende dienst of deze mogelijk maakt.

Andere wijzigingen

Het ontwerpbesluit kent nog andere wijzigingen, ook in andere aan de Wft gelieerde besluiten dan het Bgfo.

GEEN REACTIES