Naast kredietbemiddeling zonder vergunning heeft AFM ook overtreding van de Wet handhaving consumentenbescherming geconstateerd.
NCIC is beboet voor kredietbemiddeling zonder vergunning. Ook de feitelijk leider is voor deze overtreding persoonlijk beboet. Deze feiten betreffen handelingen die in strijd zijn met de Wft.
De AFM ziet echter ook toe op nakoming van de regels met betrekking tot oneerlijke handelspraktijken. In dit geval heeft de toezichthouder geconstateerd dat het call center van NCIC zich schuldig heeft gemaakt aan onjuiste of misleidende informatie. Daardoor is sprake van een misleidende handelspraktijk als omschreven in artikel 6:193c BW.
De AFM heeft in totaal twintig telefoongesprekken beluisterd. In drie daarvan wordt de consument verteld dat NCIC “geen commerciële instelling” is en/of dat de callcenter medewerker niets probeert te verkopen. In één gesprek suggereert de medewerker dat NCIC een overheidsinstantie is. In zeven van de twintig gesprekken wordt verteld dat men belt om een ‘service’ te verlenen, om de consument te ‘helpen’, om ‘informatie te geven’ en/of dat men een ‘actie’ is gestart.
Over de aanleiding voor het telefoongesprek geven medewerkers in dertien gevallen aan dat de consument een lening “op de oude rentestand” heeft en/of dat hij “nog geen rentedaling heeft gehad”. Daarnaast vertellen medewerkers in dertien gesprekken dat (er wordt bekeken of) de consument “in aanmerking komt” voor of “recht heeft op” een rentedaling.
Daarnaast gebruiken de callcenter medewerkers de naam ‘Nationaal Consumenten Informatie Centrum’ als ze uitleggen namens wie ze bellen. Dat is misleidend. Hiermee suggereren ze dat NCIC geen commerciële instelling is, maar een ‘informatiecentrum’ en dus slechts informatie verstrekt. De werkzaamheden van NCIC zijn echter wel commercieel van aard. NCIC verstrekt kwalitatieve leads aan een financiële dienstverlener, voor het mogelijk afsluiten van consumptief krediet.
Zie ook op de Findinet Kennisportal: Misleidende handelingen
