Geen instemmingsrecht verzekerde regelingen

Staatssecretaris Klijnsma ontraadt het amendement waarmee OR instemmingsrecht zou krijgen t.a.v. pensioen- en uitvoeringsovereenkomst met een verzekeraar of PPI.

Dit amendement was ingediend door Pieter Omtzigt (CDA) op het wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen.

Omtzigt wil dat de ondernemingsraad instemmingsrecht wordt verleend ten aanzien van de pensioenovereenkomst en de uitvoeringsovereenkomst met een verzekeraar, een premiepensioeninstelling of pensioeninstelling in een andere lidstaat. De staatssecretaris ontraadt dit: “Met dit amendement verkrijgt de ondernemingsraad instemmingsrecht bij een verzekeringsovereenkomst tussen werkgever en verzekeraar, terwijl de ondernemingsraad geen partij is in deze overeenkomst. Dat acht ik niet wenselijk.”

Shell-casus

Meer gehoor krijgt Omtzigt bij Klijnsma voor zijn amendement gebaseerd op de Shell-casus. Shell heeft een nieuw pensioenfonds opgericht voor nieuwe medewerkers. Op die manier bereikt de werkgever dat de pensioenregeling voor nieuwe medewerkers soberder is dan die voor bestaande medewerkers.

Er zullen maar weinig bedrijven in Nederland zijn die deze truc kunnen toepassen, maar Klijnsma neemt de zaak toch hoog op:

“Het feit dat een pensioenregeling een collectief karakter heeft, dat door werkgevers en werknemers wordt gedragen, acht ik van belang. Ik wil niet dat dit collectieve karakter dat het Nederlandse stelsel groot heeft gemaakt, wordt ondergraven door een lacune in de wet. In welke mate er sprake is van een lacune kan ik op dit moment niet overzien.”

Omtzigt stelt in zijn amendement voor in het wetsvoorstel op te nemen dat de ondernemingsraad instemmingsrecht heeft ingeval een werkgever een nieuw pensioenfonds opricht. Klijnsma laat het oordeel over dit amendement over aan de Kamer. “Het gaat hierbij niet om instemmingsrecht ten aanzien van elke individuele pensioenovereenkomst, maar ten aanzien van de gemeenschappelijke elementen van de pensioenovereenkomsten van alle of een groep van de in de onderneming werkzame personen. Tegelijkertijd ligt gezien de complexiteit van de problematiek een meer fundamentele benadering voor de hand. Dit vanwege de interactie met het arbeidsrecht, de reikwijdte van het instemmingsrecht van de ondernemingsraad en de mogelijke gedragseffecten. Ik ben voornemens op korte termijn in gesprek te gaan met de centrale ondernemingsraad van Shell. Daarnaast zal ik uitzoeken in welke mate een lacune in de wetgeving bestaat en of deze door het bovengenoemde amendement afdoende wordt opgelost. Dat kan tot gevolg hebben dat de bepaling over het instemmingsrecht met betrekking tot pensioenovereenkomsten die worden ondergebracht bij een pensioenfonds in een later stadium zal worden aangepast.”

Ook twee andere amendementen met betrekking tot directe verkiezingen van leden van deelnemers- en pensioengerechtigdenraad en over adviesrechten van deze raden kunnen wat de staatssecretaris betreft in de wet hun plaats krijgen.

GEEN REACTIES