Levenpremie moet sekseneutraal

Vanaf 21 december 2012 mogen levensverzekeraars geen onderscheid meer maken tussen de premies en uitkeringen voor mannen en vrouwen. Dit heeft het Europese Hof van Justitie bepaald. Het Hof heeft overwogen dat vaststaat dat richtlijn 2004/113 in de sector van de verzekeringsdiensten de toepassing van unisekspremies en uitkeringen tot doel heeft. In deze richtlijn wordt uitdrukkelijk verklaard dat om de gelijke behandeling van mannen en vrouwen te waarborgen het gebruik van seksegerelateerde actuariële factoren niet mag resulteren in verschillen tussen de premies en uitkeringen van verzekerden. De aan de lidstaten verleende mogelijkheid om de regel van de unisekspremies en uitkeringen niet toe te passen is een ‘uitzondering’.

"In deze omstandigheden bestaat het gevaar", aldus het Hof,  "dat de uitzondering op de gelijke behandeling van vrouwen en mannen in de zin van artikel 5, lid 2, van richtlijn 2004/113 naar Unierecht onbeperkt toegestaan blijft. Een dergelijke bepaling, die de betrokken lidstaten toestaat een uitzondering op de regel van unisekspremies en uitkeringen zonder beperking in de tijd te handhaven, is in strijd met de verwezenlijking van het door richtlijn 2004/113 nagestreefde doel van gelijke behandeling van vrouwen en mannen en onverenigbaar met de artikelen 21 en 23 van het Handvest."

Daarom moet deze bepaling ongeldig worden geacht bij het verstrijken van een passende overgangsperiode. Het Hof noemt in dat kader de datum 21 december 2012.

Verbond betreurt uitspraak

Het Verbond van Verzekeraars betreurt de uitspraak. "Hoewel het arrest voor Nederland beperkte gevolgen heeft omdat onderscheid naar geslacht al sinds 1994 bij de meeste verzekeringen niet wordt toegepast, heeft de uitspraak wel impact op individuele levensverzekeringen." Het Verbond van Verzekeraars verwacht dat dit besluit negatieve gevolgen zal hebben voor zowel verzekerden als verzekeraars. "Verzekeraars zullen hun best doen om de negatieve effecten voor consumenten tot een minimum te beperken. Het is aannemelijk dat bij het bepalen van risico’s en premies de hoogte daarvan meer zal bewegen naar een gewogen gemiddelde. Hoewel dat in sommige gevallen een voordelig effect zal hebben, kan het in andere situaties ongunstig uitpakken, bijvoorbeeld voor vrouwen met een overlijdensrisicoverzekering. Deze uitspraak betekent bovendien voor verzekeraars een aanzienlijke administratieve last, vanwege onder andere het wijzigen van producten, het opnieuw bepalen van premies en het omzetten van polissen. Deze kosten daarvan komen uiteindelijk bij de klant terecht."

GEEN REACTIES