Veel execution only is gevaarlijk voor verzekeringsmarkt

Execution only is een heel gevaarlijke ontwikkeling, daar komen ongelukken van, aldus prof. Edgar du Perron, voorzitter Geschillencommissie Kifid.

Du Perron sprak tijdens de door Bureau D&O georganiseerde bijeenkomst ‘Directe beloning en invoering nieuwe bedieningsconcepten ’in het Verbondsgebouw op 12 april.

Adviseur kan zich niet aan alle zorgplichten onttrekken

Du Perron ging in op de zorgplicht van het intermediair. In het kader van het komende provisieverbod voor de meeste financiële producten worden nieuwe bedieningsconcepten ontwikkeld. Adviseurs zullen er steeds meer toe over gaan om verschillende service levels aan te bieden. Vanaf de ‘garantie tot aan de deur’ waarbij de dienst ophoudt na het sluiten van een overeenkomst tot en met totale zorg en onderhoud van de portefeuille van de klant. En alle tussenvormen, elk met een eigen tarief.

Du Perron waarschuwt dat er voor de adviseur/bemiddelaar twee zorgplichten gelden: die volgens de Wft en die volgens het civiele recht (het BW). Civielrechtelijk valt vrijwel alles te regelen in een schriftelijke overeenkomst. “Als het maar volslagen helder en duidelijk is voor de klant. De rechter zal het in een eventueel geschil absoluut onredelijk vinden als een klant aan de ene kant het execution only-tarief betaalt en aan de andere kant verkeerd advies claimt. Maar dan moet de rechter niet kunnen zeggen dat de klant een degelijk advies had kunnen verwachten. Alles hangt er dus van af hoe de dienstverlening in de overeenkomst is omschreven.” Aan die onduidelijkheid ontbreekt het bij het bij intermediair nogal eens”, ziet Du Perron in de zaken die de Geschillencommissie moet behandelen. “Denk niet te snel dat iets duidelijk genoeg is voor de klant, maar overtuig je daarvan en leg de aard van de dienstverlening in samenspraak met de klant goed vast. En ook belangrijk: bewaar het dossier goed. De Wft schrijft een bewaartermijn van één jaar voor. Die termijn is bedoeld voor de AFM om haar toezichttaak te kunnen uitvoeren, maar niet voor de civielrechtelijke relatie tussen de intermediair en de klant. Je maakt een slechte indruk als je tijdens een rechtszaak moet bekennen dat het dossier er niet meer is, of nog onvolledig is.”

Door de publiekrechtelijke eisen in de Wft is het voor een adviseur/bemiddelaar niet mogelijk om alle zorgaspecten uit te sluiten. “Aan de informatieplicht bijvoorbeeld kun je je niet onttrekken. Het is niet verplicht om periodiek veranderingen in de persoonlijke levenssfeer van de klant te monitoren als je dat in de dienstverleningsovereenkomst uitsluit. Maar belangrijke veranderingen bijvoorbeeld in (fiscale) wetgeving of in de polisvoorwaarden (en bloc) die van invloed zijn op het product wel. Dat blijft onder alle omstandigheden behoren tot de zorgplicht van de adviseur.

Execution only

De Perron waarschuwde de branche als geheel om niet teveel de toevlucht te gaan zoeken tot execution only. “Ook als de klant een financieel rijbewijs heeft. Dat kan leiden tot grote ongelukken”, zag hij de Radar- en Kassaprogramma’s van de toekomst al voor zich. “Het is een heel gevaarlijke ontwikkeling. Klanten zullen later tot de conclusie komen dat het product niet biedt wat ze ervan verwacht hadden en dat betekent imagobeschadiging voor de branche. Ook het feit dat de klant wist dat hij aan het doe-het-zelven was, zal dat het maatschappelijk sentiment nauwelijks beïnvloeden. Daar moet in voorlichtingscampagnes prominent aandacht aan besteed worden.”

GEEN REACTIES