AFM spreekt de taal van financieel adviseurs niet

Adviseurs zijn kritisch over de invulling van het toezicht door de AFM, mede door de kennis- en cultuurkloof tussen de AFM en de veelal kleinere MKB-ondernemers.

In de kern is dit de uitkomst van het onderzoek dat SEO Economisch Onderzoek heeft gehouden in opdracht van de Stichting Financiële Dienstverlening in liquidatie. “Het komt de effectiviteit en efficiëntie van het toezicht ten goede als de AFM deze kloof weet te overbruggen.

Maar dat vraagt ook het nodige van financieel adviseurs. Zij moeten zich instellen op de realiteit van het toezicht. Het moet van twee kanten komen.“, aldus SEO in zijn aanbevelingen. Het rapport is aangeboden aan de AFM.

Reactie van de Stichting Financiële Dienstverlening

Het Bestuur van de Stichting Financiële Dienstverlening herkent het beeld vanuit de praktijk van de afgelopen jaren. “In dit rapport zijn de kritische geluiden van de markt geobjectiveerd en gerubriceerd. Het onderzoek en de daarop gebaseerde aanbevelingen zijn bedoeld als een passende afsluiting van het werk van de Stichting Financiële Dienstverlening, waarmee zij voor een laatste keer haar brugfunctie heeft vervuld tussen de AFM en de sector. Wij hopen dat de bevindingen zowel de AFM als de marktpartijen zullen inspireren om verder te werken aan een vruchtbare samenwerking die het belang dient van de klant en van de sector.“

Enkele andere conclusies uit het rapport

  • Een grote meerderheid staat positief tegenover het bestaan van het toezicht.
  • Financieel adviseurs hebben de indruk dat de AFM milder is naar aanbieders (banken en verzekeraars) dannaar hen.
  • De meerderheid is van mening dat de AFM eraan bijdraagt dat financieel adviseurs meer in het belang vande klant handelen.
  • In grote meerderheid heeft men niet de beleving dat de AFM helpt het vertrouwen van de sector teherwinnen.
  • Een grote meerderheid reageert niet positief op de vraag of de AFM waar voor zijn geld biedt.

 

  • Er bestaan grote twijfels bij de concentratie van rollen en taken bij de AFM met betrekking tot wet- enregelgeving, uitvoering en sanctionering.
  • De AFM beoogt een organisatie te zijn met een luisterend oor, die open staat voor vragen en opmerkingenuit de markt. Maar die laagdrempeligheid wordt in de markt nog niet als zodanig ervaren.
  • Bij interactie met de toezichthouder, ongeacht of dit geïnitieerd is door het kantoor zelf of door de AFM,ervaart men een correcte en geloofwaardige opstelling tijdens contactmomenten en incidenten.

Het onderzoek is gehouden onder de voormalige deelnemers aan de Stichting Financiële Dienstverlening, zijnde ruim 80% van de beroepsgroep. De bijna 1600 reacties zijn gekoppeld aan kantoorgegevens uit het meest recente self assessment van de stichting. Gesprekken over de uitkomsten met een aantal direct betrokken ondernemers en andere deskundigen uit de sector alsmede met de AFM zijn verwerkt in de bevindingen.

GEEN REACTIES