Volgens hypotheekverstrekker Woonnu is er een belangrijke rol weggelegd voor hypotheekadviseurs als het gaat om het ondersteunen van huishoudens bij het verduurzamen van hun woning. Nu wordt er tijdens het hypotheekadvies nog te weinig gesproken over de mogelijkheden en voordelen van het opnemen van een leningdeel voor verduurzaming in de hypotheek. Dat blijkt uit de Duurzaamheidsmonitor 2022 van Woonnu.
In het klimaatakkoord van het kabinet Rutte-III uit 2019 is afgesproken dat in 2050 7 miljoen woningen en 1 miljoen gebouwen geen aardgas meer gebruiken. Om dat te kunnen bereiken, zullen deze woningen en andere gebouwen goed geïsoleerd moeten zijn. De overheid heeft al een aantal maatregelen aangekondigd om mensen te dwingen bezig te gaan met verduurzaming. Zo mogen er vanaf 2026 alleen (hybride) warmtepompen geïnstalleerd worden als de cv-ketel aan vervanging toe is. Verder mogen vanaf 2030 geen woningen meer verhuurd worden met een energielabel E, F of G. Veel woningeigenaren willen hun huis wel verduurzamen (86%) maar weten niet hoe en wat de kosten en baten zijn. Daar zou de hypotheekadviseur een rol kunnen gaan spelen.
Lagere energierekening
Voor de meerderheid van de consumenten (73%) is het verlagen van de energierekening de belangrijkste reden om de woning te verduurzamen. Daarnaast vindt rond de 50% het beter voor het milieu en het comfort. Slechts 8% wil door te verduurzamen voldoen aan de eisen van het klimaatakkoord. Dat verduurzaming rentekorting op de hypotheek kan opleveren, is voor maar 7% een reden. Dit kan echter op de lange termijn een grote besparing op de woonlasten opleveren. De vraag is dan ook of de mogelijkheid van ‘duurzame’ rentekorting en de duurzame hypotheek bekend genoeg zijn bij de consument.
Adviseurs onderschatten belang verduurzaming voor consumenten
Een groot deel (83%) van de hypotheekadviseurs geeft aan dat zij al een opleiding of cursus gevolgd hebben over duurzaamheid en hypothecaire kredietverstrekking. Toch voelt nog niet de helft (45%) zich voldoende toegerust om klanten te adviseren als het gaat om duurzaamheidsmaatregelen in combinatie met hypotheken. Wel worden zij door hun werkgevers in de meeste gevallen (89%) gestimuleerd om dit soort advies te geven.
Hoewel 86% van de woningeigenaren geïnteresseerd is in verduurzaming, denkt 58% van de adviseurs dat duurzaamheid niet belangrijk is voor de meeste klanten. Hier laten de adviseurs dus kansen liggen. Overigens overschatten de adviseurs ook de mate waarin de rentekorting op de hypotheek een rol speelt bij de beslissing om te verduurzamen. Zij denken dat dit voor 21% van de klanten een reden is. Blijkbaar veronderstellen zij een hoger kennisniveau bij de klant dan er daadwerkelijk is.
Financiële prikkel
Er is nog voldoende ruimte voor verbetering als het gaat om het onderwerp verduurzaming tijdens het hypotheekadvies. 19% van de adviseurs denkt dat het helpt als duurzaamheid een groter deel uitmaakt van de verplichte opleiding voor hypotheekadviseurs. Ook heeft 27% belangstelling voor kennisdeling. Volgens 20% van de adviseurs is een betere samenwerking in de verduurzamingsketen nodig en 18% zou duurzaamheid graag geïntegreerd zien in de software voor het hypotheekadvies. Een groot deel van de adviseurs (57%) denkt vaker verduurzamingsmogelijkheden mee te nemen in het hypotheekadvies als aanbieders van duurzaamheidsoplossingen hier een financiële vergoeding voor geven.
Bron: Woonnu
