(Findinet) Schrijnende gevallenregeling in de praktijk

Rabo mag woning niet executeren zonder overleg met de commissie als vereist door Schrijnende gevallenregeling over Op Maat Hypotheken (met beleggingsverzekering).

Een echtpaar heeft een Op Maat Hyotheek gesloten bij Rabo en heeft verder bij dezelfde bank een aantal zakelijke kredieten. Wanneer op de zakelijke rekeningen ongeoorloofde overstanden komen en Interpolis de bij de hypotheek gesloten beleggingsverzekering wegens wanbetaling premievrij maakt, zegt Rabobank aan de woning te executeren. Het staat vast dat de betalingsproblemen zijn ontstaan door arbeidsongeschiktheid en (tijdelijke) werkloosheid.

Volgens de in de vaststellingsovereenkomst tussen Rabo en de Stichting Woeker Polis Claim opgenomen Schrijnende Gevallenregeling diende de Rabobank met het echtpaar in overleg te treden over de mogelijkheden tot aanpassing van de hypotheekconstructie, waardoor gedwongen verkoop van de woning zou kunnen worden voorkomen.

“Onvoldoende aannemelijk is geworden dat de Rabobank een dergelijk overleg met het echtpaar heeft gevoerd”, concludeert de rechtbank Zutphen. Dat in de visie van de Rabobank gelet op de financiële situatie van het echtpaar geen mogelijkheden (meer) bestonden om anders dan door openbare verkoop van de woning haar vordering voldaan te krijgen, ontslaat de Rabobank niet van voormelde verplichting tot het voeren van overleg. Te minder nu het echtpaar onweersproken heeft gesteld dat zijn inkomenssituatie inmiddels gewijzigd is en dat over het hoofd gezien is dat ten behoeve van de Rabobank een pandrecht is gevestigd op hetgeen de fiscus aan het echtpaar verschuldigd is. Daar komt bij dat op grond van de Schrijnende Gevallenregeling in het geval dat verkoop van de woning redelijkerwijs onvermijdelijk is en na verkoop van de woning naar verwachting een schuld zal resteren, een deels door de Rabobank en WPC te benoemen commissie moet beoordelen welke maatregelen moeten worden genomen. Op grond van deze bepaling dient in een dergelijke situatie vóórdat tot verkoop wordt overgegaan deze commissie te worden ingesteld.

Aangezien in de visie van de Rabobank verkoop van de woning van het echtpaar onvermijdelijk is en de verwachting bestaat dat na de verkoop een schuld zal resteren, had vorenbedoelde commissie moeten worden benaderd die – rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van het echtpaar– diende te beoordelen welke maatregelen zouden moeten worden genomen. Vast staat dat dit niet is gebeurd.

Gezien het vorenstaande is voldoende aannemelijk geworden dat de Rabobank onrechtmatig handelt jegens het echtpaar door in de gegeven omstandigheden over te gaan tot openbare verkoop van de woning. De vordering van het echtpaar (verbod van de executie) zal derhalve worden toegewezen, met dien verstande dat het verbod zal gelden totdat de commissie inzake de situatie van het echtpaar tot een oordeel is gekomen op grond van de Schrijnende Gevallenregeling."

Het volledige vonnis

GEEN REACTIES