Matig halfjaar voor Nederlandse tak Aegon

Aegon Nederland liet in het eerste halfjaar een lagere nieuwe productie bij schade, een slechts lichte stijging van de nieuwe levenproductie en een lagere solvabiliteit zien. Alleen het hypotheekbedrijf groeit als kool.

De prestaties van de Nederlandse activiteiten over het eerste halfjaar zijn op zijn zachts gezegd erg wisselend te noemen. De belangrijkste tak van Aegon Nederland, het leven- en pensioenbedrijf, zag weliswaar de operationele winst met €40 mln stijgen naar €238 mln (onder meer door een betere beleggingsmarge), maar zag de nieuwe productie stabiliseren. Er was alleen een lichte stijging zichtbaar bij de periodieke premieproducten, waaronder opvallend genoeg voor DB-polissen (een product waar Aegon juist minder op inzet). Het bedrag dat de PPI van Aegon beheert steeg van €2,1 mrd naar €2,3 mrd, maar dat kwam voornamelijk door premiebetalingen van bestaande klanten.

Het Nederlandse schadebedrijf zag de winst stijgen van €15 mln naar €24 mln, maar wanneer rekening wordt gehouden met een vrijval van een voorziening voor de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (€22 mln), dan zou er slechts een miniem positief resultaat resteren. Zowel bij de activiteiten rond arbeidsongeschiktheid als bij de P&C-business daalde de nieuwe productie flink.

Het bankbedrijf presteert wel goed. De nieuwe hypotheekproductie steeg met 13% naar €4,6 mrd. Van deze 4,6 mrd komt €2,5 mrd voor rekening van het Dutch Mortgage Fund. De operationele winst van de bank nam toe met €12 mln naar €49 mln, vooral door een betere rentemarge.

Een tegenvaller is dat de Solvency II-ratio in het eerste halfjaar daalde van 199% naar 190%. Vorig jaar kwam het Nederlandse bedrijf op dit punt in problemen en moest de holding bijspringen. De daling in 2018 komt volgens Aegon onder meer door de lagere rentestand.

GEEN REACTIES