DEEL 27 : Redactionele reactie : Neven-verzekeringstussenpersonen ?

Vervolg op publicatie d.d. 5 januari 2018

Redactionele reactie:
In voornoemd artikel heeft de Minister van Financiën voorstellen t.z.v. de vrijstelling WFT voor zgn “nevenverzekeringstussenpersonen”.

NEVENVERZEKERINGSTUSSENPERSONEN
Wellicht geschikt woord voor een nominatie als woord van het jaar
2018 ? Bij nevenverzekeringstussenpersonen gaat het om “personen die bemiddelen in verzekeringen in aanvulling op de levering van een zaak of de verlening van een dienst”. Het gaat dan bijvoorbeeld over motor- en fietsenzaken die bij de verkoop van een motor of fiets ook bemiddelen in een verzekering.
JANBOEL
De afgelopen jaren heeft het intermediair veel gezag moeten inboeten voor wat betreft het beheren van de verzekeringen die particulieren en bedrijven hebben lopen. Inmiddels kan men verzekeringen hebben lopen bij :
1) Zorgverzekeraars
2) Grootwinkelbedrijven zoals de Hema
3) banken
4) creditcard organisaties
5) hypotheekadviseurs
6) Rijwielhandelaren
7) Direct  writers
8) Luchtvaartmaatschappijen als Transavia en KLM
9) AOV verzekeraars / UWV
10) Werkgevers
11) Scholen (school ongevallenverzekering)
12) Sport-verenigingen
13) Branche organisaties zoals MKB
14) Belangenclubs zoals ANWB
15) Reisbureaus
16) Verkopers en Verhuurders van motorrijtuigen
17) VVE’s (gemeenschappelijke belangen/eigenaarsbelangen ?)
18) Leveranciers van Witgoed en Bruingoed
18) Verkopers van smartphones, tablets en laptops.
en zo voort.
Verdienmodel
Voor de meeste van deze aanbieders/bemiddelaars is het verzekeringsproduct niets meer dan “een verdienmodel”.

Verwacht van hen geen passie om te onderzoeken wat het verzekerbare belang van de consumenten eigenlijk is. Er zijn zelfs intermediairs die zich er op laten voorstaan “direct” te zijn. Zoals Polis Direct, Orion direct.
Bij geen van de bovengenoemde partijen is sprake van kamerbrede kennis over :

  • reeds afgesloten verzekeringen
  • de eigen producten
  • de toegevoegde waarde van deze eigen producten

Het feit dat klachteninstituut KIFID bijna overbelast is met het afhandelen van klachten, spreekt boekdelen.
EIOPA
En getuige recente publicaties van EIOPA, is het aantal klachten van consumenten nog steeds stijgende. Intussen wordt de rol van het intermediair nog steeds onderschat. Menig direct writer zette de adviseur graag neer als een kosten-factor en roept : Cut out the Middleman !
Waar verzekeraars tekort schoten in de transparantie van de producten, werd de adviseurs maar al te graag de schuld in de schoenen geschoven. Denk hierbij maar eens aan de vele schandalen rond beloningen, koopsompolisen, Woongarantieverzekeringen en spaarverzekeringen:
De verzekeraars bedachten de producten, maar de adviseurs werden
en publique afgebrand.
De Ohra had rond 2000 zelfs een speciale radio-campagne opgezet met uitsluitend het doel om de positie van het intermediair te ondergraven.
KLOOF
De conclusie is gerechtvaardigd dat de kloof tussen de verwachting van de consumenten en de producten die zij kopen, steeds groter wordt ipv kleiner.
Het feit dat alle genoemde partijen zich uitsluitend bezig houden met
het bemiddelen bij de door hen aangeboden verzekeringsproducten,
leidt er toe dat de consumenten opgezadeld worden met een stuk verantwoordelijkheid waarvan zeker is dat deze nog minder verstand van zaken hebben dan de medewerkers die hen die producten aanbieden.
BRUGFUNCTIE
De rol die het intermediair kan vervullen om de kloof te overbruggen, is in de afgelopen jaren door andere genoemde belanghebbenden gebadineerd.
BEDRIJFSTAK : DE BOUW
In de bouw is het ondenkbaar dat mensen een huis bouwen zonder dat
daarbij iemand als aannemer zal optreden. De functie van de aannemer is om alle te leveren diensten tijdig worden opgestart, zodat de datum van de oplevering niet al te zeer wordt overschreden.
Mensen die aan de slag gaan zonder aannemer, die lopen de kans
– dat de loodgieter het werk van de tegelzetter kapot maakt.
– dat de timmerman het werk van de schilder verziekt.
– dat de schilder het werk van de behanger verpest.
en dan heb ik het nog maar niet over de zaken die de stukadoor, de
metselaars, de elektriciens, de betonvlechters en de lassers elkaar aan kunnen doen als de zaken niet goed gecoördineerd worden.
Als de Minister zich eens zou bedenken dat het bouwen van een huis
veel en veel minder complex is dan het beoordelen van verzekeringsproducten, dan moet de Minister zich wel drie keer bedenken voor hij besluit om de WFT vrijstelling te blijven toepassen voor deze aanbieders van “eenvoudige producten”.

Alleen daartoe opgeleide personen zijn in staat om te beoordelen wat wel en niet een nuttig verzekeringsproduct is.

Wordt vervolgd

Klik op de banner en ontvang de wekelijkse Nieuwsbrief van Findinet op proef.

 

GEEN REACTIES