NVHP: adviseur heeft zwaardere adviesplicht bij Box-3-hypohteek

© pixabay

Steeds meer mensen kiezen voor een Box-3-hypotheek, constateert de Nederlandse Vereniging voor Hypothecair Planners (NVHP). ‘Dit zorgt voor een verzwaarde verantwoordelijkheid voor de adviseur.’

Op dit moment kiezen consumenten, die gebruik maken van een hypothecair planner, in 19% van de gevallen voor een hypotheek waarbij geen gebruik wordt gemaakt van de hypotheekrenteaftrek, zo blijkt uit onderzoek van de NVHP. Daarnaast blijkt dat een zeer grote meerderheid van de planners (92%) verwacht dat consumenten vaker voor een zogeheten Box-3-hypohteek (dus zonder fiscale faciliteiten) zullen kiezen. Vooral bij vijftigplussers en doorstromers zal dat het geval zijn, maar ook steeds vaker bij starters (ruim een derde van de adviseurs verwacht ook bij deze groep een toename).

De NVHP ziet als aanleiding voor deze trend vooral de ‘het geforceerd stimuleren’ van het aflossen van de hypothecaire lening. In combinatie met de lage rente besluiten veel klanten om voor de laatste jaren van de looptijd dan maar geen gebruik meer te maken van de hypotheekrenteaftrek. Deze ontwikkeling legt een ‘zwaardere adviesplicht’ bij de adviseur, betoogt de beroepsgroepvereniging. Bovendien baart het de verenging zorgen dat consumenten er vaker voor kiezen om de hypotheekschuld niet tijdens de looptijd volledig af te lossen.

Het is volgens de NVHP daarom zaak een advies over een dergelijke hypotheek ‘zorgvuldig en goed onderbouwd’ vast te leggen. Het gaat dan om situaties waarbij ‘maatwerk’ wordt gevraagd, bijvoorbeeld wanneer er voldoende overwaarde is en wanneer klanten een goed inkomen hebben (ook na de pensioendatum) om de hypothecaire lasten te kunnen betalen. ‘Op adviseurs legt dit een verzwaarde verantwoordelijkheid om met de consumenten die deze keuze maken, intensief te praten over de consequenties van deze keuze’, stelt de vereniging. ‘Daarbij zal met name aandacht moeten worden gegeven aan de mogelijkheden om de restschuld op het eind van de looptijd van de hypothecaire lening af te lossen en de consequenties die dat op dat moment zal geven.’ De NVHP zal in dit verband masterclasses gaan organiseren waarin op dit type adviesgesprekken verder wordt ingegaan.

In een ander onderzoek vroeg de NVHP aan de leden welke criteria zij belangrijk vinden in de keuze van een geldverstrekker. Uit de resultaten blijkt dat zeker niet alleen de hoogte van de rente is. Het allerbelangrijkst vinden adviseurs de ‘bereidheid bij de geldverstrekker om mee te denken bij complexe dossiers’. In dat verband wordt ook het ‘kennisniveau van de acceptanten’ zeer relevant gevonden.

Daarnaast valt op dat de respondenten belang hechten aan de ‘continuïteit van de aanwezigheid in Nederland’ van de geldverstrekker. Dit laatste beziet de NVHP vooral in het licht van de weer toenemende activiteit van buitenlandse geldverstrekkers in Nederland. De ongewenste ervaringen in het verleden, waarbij geldverstrekkers zich plotseling terugtrokken uit Nederland, hebben bij de adviseurs een alarmbel doen rinkelen. Er is sprake van ‘lessons learned’, constateert de NVHP.

GEEN REACTIES