KPS: door nieuwe pensioenplannen neemt vertrouwen nog verder af

De Kring van Pensioenspecialisten vreest voor een aanhoudende informatiebulldozer die het vertrouwen in de sector verder onder druk zal zetten.

Consistentie in wetgeving moet voorop staan, stelt KPS in haar reactie op het consultatiedocument introductie reëel pensioencontract.

“Het is voor de geloofwaardigheid van en het vertrouwen in het pensioenstelsel, alsmede voor de uitlegbaarheid en communiceerbaarheid van essentieel belang,

dat al deze pensioenen samenkomen in één pensioen en dus onderling consistent moeten zijn. Afwijkingen van de feitelijke pensioenuitkeringen als gevolg van de AFS (de LAM daarin begrepen) mogen alleen het gevolg zijn van puur toevallige resultaten waarop a priori de invloed van mee- en tegenvallers even groot moet zijn.”

Elke keuze met betrekking tot pensioenen aan deze eis getoetst zou moeten worden. Deze eis zou zelfs een primair toetsingscriterium moeten zijn. Dit geldt voor keuzes op het centrale niveau van regelgeving, maar evenzo op het niveau van besluiten en berekeningen bij individuele fondsen, schrijft KPS.

Het wetsvoorstel voldoet niet aan die consistentie-eis, omdat op verschillende plaatsen uiteenlopende keuzes worden gemaakt.

De subwerkgroep Communicatie van KPS zet grote vraagtekens bij de communiceerbaarheid van het nieuwe pensioencontract.

“De voorstellen zijn complex en daardoor moeilijk uit te leggen aan deelnemers. De werkgroep vreest voor een aanhoudende ‘informatiebulldozer’ die het vertrouwen in de pensioensector verder onder druk zal zetten. Vanuit het oogpunt van communicatie was het veel beter geweest om de keus tussen twee contracten te vermijden en te komen tot één contractvorm. Zeker in een tijd waarin werknemers gedurende hun werkzame leven naar verwachting bij verschillende werkgevers pensioen zullen gaan opbouwen.

Governance

De subwerkgroep Governance zet vraagtekens bij de samenhang tussen de Wet Versterking bestuur pensioenfondsen en de keuze voor het nieuwe pensioencontract.

Met name bij de overgang op een reëel stelsel verschuiven de risico’s aanzienlijk richting de deelnemers, moeten deelnemers meer en beter worden geïnformeerd en zal er op een andere wijze verantwoording moeten worden afgelegd door het bestuur. De deskundigheid van het bestuur zal in overeenstemming moeten worden gebracht met de compleetheid van het contract.

Invaren

De subwerkgroep Invaren spreekt zijn zorgen uit over de juridische risico’s die ontstaan bij de overgang van het oude naar het nieuwe contract. Deze risico’s ontstaan zowel bij het invaren als bij het niet invaren. In het consultatiedocument worden deze risico’s gesignaleerd, maar wordt de verantwoordelijkheid gelegd bij de fondsbesturen. Daarnaast plaatst de subwerkgroep de nodige vraagtekens bij de uitvoering van het nieuwe pensioencontract.

Samenvattend merkt de Kring van Pensioenspecialisten op:

“In zijn algemeenheid kan het ontbreken van een nadere uitwerking van het combicontract worden gezien als een gemiste kans. De voorstellen bieden een dermate groot aantal keuzemogelijkheden dat de pensioencontracten in de toekomst zeer uiteenlopend ingevuld zullen worden.

Dit heeft verstrekkende gevolgen, niet alleen voor de uitvoering (administratie, waardeoverdrachten, invulling beleggingsbeleid), maar ook in de communicatie richting de deelnemers.

Met de voorliggende plannen loopt de pensioensector het risico dat het vertrouwen in het huidige stelsel zowel bij huidige deelnemers als bij toekomstige jonge toetreders verder afneemt."

GEEN REACTIES