Hoge rente levert negatief resultaat op bij DNB

Toorop-gebouw DNB
Toorop-gebouw DNB. © De Nederlandsche Bank

De Nederlandsche Bank boekt over 2023 een negatief resultaat van bijna 3,5 miljard euro. Dit is het gevolg van de renteverhogingen die de Europese Centrale Bank in dat jaar doorvoerde om de inflatie terug te dringen. Doordat de rente werd verhoogd, zijn de rentelasten voor DNB toegenomen terwijl de rentebaten nauwelijks toenamen.

Dit meldt de toezichthouder op basis van de concept-jaarrekening over 2023. Het definitieve jaarverslag verschijnt op 14 maart. Het grootste deel van de verliezen (ruim 2,3 miljard euro) kan DNB opvangen door de voorziening voor financiële risico’s; het resterende verlies van ruim 1,1 miljard euro gaat ten laste van kapitaal en reserves. Deze cijfers zijn in lijn met eerdere verwachtingen. De buffers zijn naar verwachting groot genoeg om ook toekomstige verliezen op te vangen.

ECB

De renteverhogingen van centrale banken leiden ook elders tot negatieve resultaten, binnen en buiten de eurozone. Zo heeft de ECB gisteren een negatief resultaat van 7,9 miljard euro bekend gemaakt dat – net zoals bij DNB – grotendeels wordt opgevangen via de inzet van een voorziening voor financiële risico’s. Onder de streep bedraagt het verlies van de ECB 1,3 miljard euro. Eerder maakte de Federal Reserve al een recordverlies
van zo’n 114 miljard dollar wereldkundig.

COVID19-pandemie

DNB is een van de centrale banken waar het resultaat relatief slecht uitvalt. Om de gevolgen van de COVID19-pandemie te verzachten hebben de centrale banken in het eurosysteem op grote schaal staatsobligaties van hun land aangekocht om de liquiditeit te vergroten en de rentes te drukken. Dit beleid werd kwantitatieve verruiming genoemd.

Vanwege de hoge kredietwaardigheid van de Nederlandse Staat heeft DNB die obligaties tegen relatief lage rentes aangekocht. Maar tegenover de verliezen van DNB staan ook lagere financieringskosten voor de Nederlandse overheid. Het bedrag dat de Nederlandse Staat dankzij het ECB-beleid van kwantitatieve verruiming aan rentelasten op de staatsschuld heeft bespaard, wordt geschat op circa 28 miljard euro. Dit voordeel is groter dan de verliezen die DNB over 2023 en de komende jaren naar verwachting lijdt.

Met onzekerheid omgeven

DNB maakte eerder in een brief aan de minister van Financiën bekend dat er als gevolg van gestegen rentes een aantal jaren met verliezen aan zat te komen. Dat blijft voorlopig zo, ook al prijst de markt inmiddels weer rentedalingen in.

Pas vanaf 2029 worden weer positieve resultaten verwacht, hoewel dit nog met veel onzekerheid is omgeven. De cumulatieve verliezen zijn namelijk sterk afhankelijk van de feitelijke renteontwikkelingen. De mogelijkheid blijft bestaan dat de cumulatieve verliezen groter zijn dan het kapitaal en de reserves. Eerdere ramingen lieten dat al zien.

Verlies is geen belemmering voor uitvoeren kerntaak

Ter geruststelling: mochten er inderdaad meer verliezen aankomen, dan verwacht DNB dat haar buffers desondanks positief blijven. Daarbij komt dat een groot verlies, of zelfs een tijdelijk negatief kapitaal, geen belemmering vormt voor het uitvoeren van de kerntaak van de toezichthouder, die gericht is op prijsstabiliteit.

Omdat een centrale bank in principe niet in gebreke kan blijven ten aanzien van haar verplichtingen in de eigen valuta is er geen discontinuïteitsrisico. Het is uiteraard wel nodig dat DNB op lange termijn voldoende winstgevend is om op een efficiënte en geloofwaardige manier monetair beleid te voeren.

Tussen de invoering van de euro in 1999 en 2021 heeft DNB in totaal 22,6 miljard euro winst gemaakt. Hiervan is 16,2 miljard euro in de vorm van dividend uitgekeerd aan de Nederlandse Staat. De andere 6,3 miljard euro heeft DNB gebruikt om haar buffers te versterken. Eind 2021 bedroegen de buffers ruim 11 miljard euro. Daar is na twee jaar negatieve resultaten nog ruim 7 miljard van over.

Nieuwe afspraken met de Staat

Afgelopen december hebben de minister van Financiën, die namens de Staat de aandeelhouder vertegenwoordigt, en de president van DNB nieuwe afspraken gemaakt over het kapitaalbeleid van DNB. Dit kapitaalbeleid beschrijft hoe DNB buffers vormt en hoe daartoe het resultaat van de toezichthouder wordt verdeeld over kapitaal en reserves, en de voorziening voor financiële risico’s enerzijds en een dividenduitkering aan de Staat anderzijds.

Het kapitaalbeleid stelt DNB in staat om de buffers via inhouding van toekomstige winsten op termijn te repareren. Het alternatief voor herstel van buffers, te weten een herkapitalisatie door de Staat, is op dit moment dan ook niet aan de orde.

Bron: DNB

GEEN REACTIES