Eerste Kamer houdt grens oudersaansprakelijkheid op 14 jaar

Het initiatiefwetsvoorstel om de leeftijd van de risicoaansprakelijkheid voor kinderen te verhogen naar 18 jaar is in de Eerste Kamer gesneuveld.

Met name was de bedoeling dat ouders – zonder disculpatiemogelijkheid – aansprakelijk zouden zijn voor schade die door hun kinderen van 17 jaar en jonger ook opzettelijk worden veroorzaakt. De ouders zouden het schadebedrag dan vervolgens op hun kind kunnen verhalen.

Het CDA-Tweede Kamerlid Peter Oskam diende een wetsvoorstel in met deze strekking en dat werd door de Tweede Kamer aangenomen. Snel bleek dat de senatoren hier andere gedachten over hebben, zodat de behandeling in de Eerste Kamer lang op zich heeft laten wachten.

Uiteindelijk is het voorstel in stemming gebracht en bleken alleen de partij van Oskam en de PVV voorstander van de leeftijdverhoging. De andere fracties verklaarden zich tegen.

Belangrijke argumenten tegen het voorstel:

“Ouders verantwoordelijk stellen voor schade veroorzaakt in het uitgaansleven door 16- en 17-jarige pubers, ongeacht hun mogelijkheden om toezicht te houden, gaat ons echter te ver. Ook de mogelijkheid dat ouders de schuld verhalen op hun kinderen achten wij ongewenst. De huidige, getrapte regeling verdient onze voorkeur” (SP).

“Mijn fractie heeft gevraagd naar een nadere uitwerking en aanscherping van de disculpatiemogelijkheid van de huidige wettelijke regeling. Dat is uitgebleven. Ook heeft de initiatiefnemer geen alternatief uitgewerkt en blijft het onzeker wat de verzekeraars gaan doen. Daarbij komt nog de onzekerheid over de uitvoerbaarheid en de handhaafbaarheid. Door dit alles acht mijn fractie de stap naar een algehele risicoaansprakelijkheid die in dit wetsvoorstel wordt geregeld, te groot” (VVD).

“Schade moet altijd worden vergoed, ook als deze door een minderjarige is veroorzaakt. Dat is geldend recht en bij de invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek in 1992 is voor de aansprakelijkheid gekozen voor een evenwichtige verdeling tussen de risico- en schuldaansprakelijkheid van ouders, afhankelijk van de verschillende leeftijdsgroepen. Dat de omstandigheden zodanig zijn veranderd dat deze een wijziging in de door de initiatiefnemer gekozen richting zouden rechtvaardigen, is in het debat onvoldoende uit de verf gekomen. Ook over de verzekerbaarheid van door de doelgroep met opzet veroorzaakte schade, is geen uitsluitsel verkregen. Mijn fractie houdt daarom vast aan het sinds 1992 geldende evenwicht in het wettelijk systeem” (D66)

Gevolgen AVP

Het Verbond van Verzekeraars heeft vanaf het begin gewaarschuwd voor de gevolgen met betrekking tot de AVP.

““Indien de aansprakelijkheidsgrens voor ouders verhoogd zou worden en verzekeraars daardoor automatisch dekking bieden, dan wordt de hele groep AVP-verzekerden geraakt. Feitelijk draaien alle AVP-verzekerden op voor de door de minderjarige opzettelijk veroorzaakte schade. De consequentie hiervan zou kunnen zijn dat de schadelast bij verzekeraars stijgt. Het Verbond twijfelt er ernstig aan of de maatschappij zou willen dat de dader beschermd wordt door een ruimere risicoaansprakelijkheid van de ouders, wanneer dat inhoudt dat niet de ouders dan wel de veroorzakers van de schade, maar de verzekeraars de benadeelden schadeloos stellen.”

GEEN REACTIES