AFM-Pensioenmonitor: weinig behoefte aan pensioenadvies

Toch verwacht slechts één op de vijf pensioenopbouwers dat de afgegeven indicatie ook het bedrag is dat men gaat ontvangen bij pensionering.

Ruim 40% van de Nederlanders spaart om later zijn pensioen aan te vullen. De meesten op een gewone spaarrekening, maar ook via banksparen.

Na sparen, is de meest gebruikte aanvulling op het pensioen de hypotheek afbetalen. Ook lijfrente wordt ervoor gebruikt. Dit blijkt uit de laatste Consumentenmonitor van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Het Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) vindt het opvallend dat hoewel een kwart van de Nederlanders geen idee heeft hoe hoog het inkomen straks is, men wel alvast geld apart zet voor het pensioen.

Andere uitkomsten van de monitor:

  • Slechts één op de vijf pensioenopbouwers verwacht dat de afgegeven indicatie door de pensioen-uitvoerder daadwerkelijk het bedrag is dat men gaat ontvangen bij pensionering.
  • Het uitgekeerde pensioenbedrag en de afgegeven indicatie lijken in de tijd steeds minder goed op elkaar aan te sluiten.
  • Waar één op de vier niet-gepensioneerden verwacht dat men na pensionering ongeveer 70% van het laatstverdiende bruto salaris over zal houden, blijkt in werkelijkheid dat slechts één op de tien gepensioneerden dit percentage daadwerkelijk als bruto inkomen ontvangt.
  • Eén derde van de niet-gepensioneerden verwacht langer door te moeten werken of te moeten bezuinigen om in de toekomst financieel rond te kunnen komen.
  • Vier op de tien pensioenopbouwers heeft zelf gespaard op een spaarrekening om het pensioen aan te vullen.
  • Gepensioneerden zijn zich vaker bewust dat het pensioen niet waardevast is.
  • Gepensioneerden maken zich meer zorgen over het pensioen dan niet-gepensioneerden.
  • De meerderheid van de niet-gepensioneerden heeft geen behoefte aan pensioenadvies.
  • Onafhankelijkheid van een aanbieder en maatwerk worden gezien als belangrijkste aspecten van onafhankelijk pensioenadvies.
  • In vergelijking met andere kanalen, vindt men dat de tussenpersoon het meest onafhankelijk advies geeft met de beste prijs/kwaliteitverhouding.
  • Men vindt dat salarisgegevens en pensioengegevens de belangrijkste informatiebronnen voor een adviseur zijn om advies te kunnen geven over een aanvullend pensioen.
  • Tijdsbeslag voor aanvullend pensioenadvies wordt onderschat: vier op de tien respondenten denkt dat een aanvullend pensioenadvies maximaal 2 uur in beslag neemt.
  • Men heeft niet veel over voor aanvullend pensioenadvies: het gemiddelde uurtarief dat een consument bereid is om te betalen voor het verkrijgen van aanvullend pensioenadvies is 36 euro. Pensioenadvies wordt niet anders gewaardeerd dan financieel advies in het algemeen (35 euro, VB Barometer 2011).
  • Indien men de keuze heeft voor een adviesvorm, geeft de meerderheid aan geen advies te willen, maar alles zelf via internet uit te zoeken. Het is opvallend dat er nauwelijks behoefte is aan het door een adviseur op laten maken van een uitgebreid financieel plan voor de oude dag.
  • Consument is nog niet op de hoogte van het Wijzer in geldzaken Geldloket. Over het algemeen wordt het Geldloket als een goed initiatief beschouwd.
  • Het Digitale loket zal vaker gebruikt worden dan het ‘fysieke’ Geldloket: zes op de tien geeft aan het digitale loket te gaan gebruiken.

GEEN REACTIES