Vier manieren om te overleven in de krimpende schademarkt

Vier manieren om te overleven in een krimpende schademarkt
© Px

Lang was de positie van nationale schadeverzekeraars vrijwel onaantastbaar. Die tijden zijn voorbij. Straks zijn er twee spelers die 40% van de schademarkt in handen hebben: NN-Delta Lloyd en Achmea. De vraag is nu: hoe kan de resterende 60% van de marktspelers overleven? De schademarkt krimpt en het einde hiervan is nog lang niet in zicht, stelt Jan-Pieter van der Helm van adviesbureau IG&H.

Van der Helm schetst in een paper de te verwachten marktontwikkelingen en zet voor de (kleinere) schadeverzekeraars vier opties op een rij om te overleven: schaalvergroting, specialisatie, verbreding van het businessmodel en uittreden.

Fintech
De schademarkt staat op verschillende terreinen onder druk. Allereerst zijn er de technologische ontwikkelingen. Deze dragen bij aan het verlagen van de schadelast. Telematica, big data en machine learning stellen verzekeraars in staat risico’s beter in te schatten en fraude te voorkomen. Denk aan zelfrijdende auto’s die menselijke fouten in het verkeer uitbannen.

Het zijn echter met name de fintechbedrijven die met deze toepassingen efficiënte proposities ontwikkelen, welke via flexibele pricing en nieuwe distributiekanalen de markt aanvallen.

De precieze impact van deze ontwikkelingen is lastig vast te stellen. Langetermijninschattingen reppen van een neergang tot wel 60%. Zelfs als verzekeraars ook maar de helft van deze daling weten te realiseren, levert dit al een daling in premievolume op van 2,3 miljard euro.

Start-ups
Als gevolg van toenemende concurrentie en digitalisering zijn verzekeraars al jaren bezig om hun voortbrengingskosten – goed voor veertig procent van de premieopbouw – omlaag te brengen. De afgelopen jaren zijn deze kosten met enkele procenten gedaald.

Gevestigde verzekeraars hebben tegelijkertijd echter te maken met concurrentie van partijen met dezelfde ambitie, maar zonder overhead. Nieuwe, kleine startups veranderen specifieke onderdelen binnen de voortbrengingsketen op innovatieve wijze. Vaak met hoge serviceniveaus, tegen een fractie van de kosten. Ervan uitgaande dat deze marktdaling wordt verdisconteerd in de uiteindelijke marktpremie, kunnen we een forse impact op de markt verwachten.

Buitenlandse partijen
Buitenlandse partijen beheersen op dit moment al vijfendertig procent van de Nederlandse schademarkt. De meest zichtbare ontwikkeling binnen die trend zijn de overnames door buitenlandse verzekeraars. Maar ook internationale herverzekeraars zijn toegetreden tot lokale markten. En we zien internationale ‘ecosystemen’ ontstaan, waarin verzekeren slechts een onderdeel is. Een voorbeeld is de samenwerking van Allianz met autofabrikant BMW.

Hoe kunnen verzekeraars het hoofd boven water houden met deze ontwikkelingen? Van der Helm onderscheidt vier mogelijkheden.

1. Volumespel spelen
Verlaag de kosten door het benutten van schaalvoordelen. Dit kan door het aangaan van internationale samenwerkingsverbanden, maar ook door overnames zoals gebeurd is tussen NN en Delta Lloyd. Een kanttekening bij deze strategie is dat de ruimte voor échte volumespelers in de kleine Nederlandse markt beperkt is en er significante fusies en overnames plaats moeten vinden om een vuist te kunnen maken.

2. Specialiseren
In de tweede variant gaat het om het creëren van een specifiek, lokaal specialisme. Op basis van deze route kan een verzekeraar een specifiek klantsegment, distributiekanaal of risicogroep excellent bedienen. Specialisten in de Nederlandse schademarkt hebben de afgelopen tien jaar de beste zaken gedaan. Zij benutten lokale kennis, die toegevoegde waarde biedt voor de klant en die lastig te kopiëren is. De kanttekening hier is dat de omvang van deze markt relatief beperkt is en slechts ruimte biedt voor kleine spelers.

3. Verbreden
Uitgangspunt in deze route is het besef dat een verzekering an sich geen waarde heeft voor de consument, maar dat deze ontzorgd wil worden. Thema’s waarop dat kan, zijn mobiliteit (auto) of veiligheid (inboedel, brand). De verzekeraar kan kijken naar verbreding van de dienstverlening op deze thema’s. Wat dit effectief betekent, is het creëren van een nieuw businessmodel dat op termijn de dalende omvang van de schademarkt kan opvangen. Gezien de competenties die deze route vraagt is het verreweg de meest ingrijpende, maar gezien de impact van de marktontwikkelingen geen ondenkbare.

4. Uittreden
Verleg de focus. In feite betekent dit het stoppen met alle schadeactiviteiten. De vrijgekomen (management)aandacht en middelen kunnen nu ingezet worden om de positie in andere onderdelen van de verzekeringsmarkt te versterken, bijvoorbeeld Leven of Pensioen. Eén van de eerste verzekeraars die (gedeeltelijk) is uitgetreden uit de schademarkt is AEGON, met de verkoop van haar zakelijke schadeportefeuille aan Allianz.

GEEN REACTIES