Miljoenennota 2023: veel ad hoc maatregelen, weinig visie

Miljoenennota 2023: veel ad hoc maatregelen, weinig visie
Prinsjesdag 2022. © MINISTERIE VAN FINANCIEN / VALERIE KUYPERS

Het kabinet trekt veel geld uit om de aangetaste koopkracht van huishoudens te repareren. Van korting op de energierekening, huurtoeslag, tot hogere overdrachtsbelasting voor beleggers. Uit de eerste reacties klinkt opluchting, maar ook een grote behoefte aan structureel beleid in plaats van alleen brandjes blussen.

Een greep uit de voorgenomen maatregelen:

– Het kabinet wil een prijsplafond instellen voor energie. Het betreft een tijdelijke maatregel die op 1 januari 2023 moet ingaan en tot het einde van dat jaar doorloopt. Maar vanaf 1 november dit jaar is al verlichting mogelijk met een tussenvariant waarbij een prijsplafond wordt gesimuleerd en termijnbedragen worden verlaagd.

Gedacht wordt aan een prijsplafond van maximaal 1,50 euro voor gas en 70 cent voor elektra. Mocht de ontwikkeling van de prijs uiteindelijk meevallen voor vaststelling van het plafond later deze maand, dan kunnen de plafonds nog worden verlaagd. Voor gas geldt dat het plafond maximaal verlaagd wordt tot 1,20 euro per kuub. De korting die een gemiddeld huishouden daarmee krijgt is – omgeven met onzekerheden – 2280 euro op jaarbasis. Wat deze maatregel de overheid gaat kosten, moet nog nader worden uitgerekend.

– Verder gaan alle huishoudens minder energiebelasting betalen. En er is € 700 miljoen gereserveerd voor een gerichte verlaging van de energierekening van huishoudens met een laag inkomen en een hoog verbruik. Gemeenten krijgen € 1,4 miljard om in 2023 opnieuw een energietoeslag van € 1.300 uit te keren aan huishoudens met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum.

– Het kabinet blijft inzetten op woningisolatie. Met het versnellen van het Nationaal Isolatieprogramma komt hier in 2023 en 2024 in totaal € 300 miljoen extra voor beschikbaar. Gemeenten kunnen dit geld gebruiken voor het ondersteunen van bewoners, bijvoorbeeld via een straat-voor-straat aanpak van slecht geïsoleerde woningen. Ook worden de budgetten voor isolatiesubsidies verhoogd. Deze extra middelen komen bovenop de € 4 miljard die al tot 2030 beschikbaar is voor het Nationaal Isolatieprogramma.

– Om starters en doorstromers op de woningmarkt te beschermen, gaat de overdrachtsbelasting voor beleggers verder omhoog, van 8 naar 10,4%. De startersvrijstelling en het verlaagde tarief van 2% voor 35-plussers die een huis kopen voor eigen bewoning, blijven gelden. Het plan is nog een voorstel, onderdeel van het Belastingplan 2023. Als de Tweede en Eerste Kamer het goedkeuren, gaat het vanaf 1 januari 2023 in.

– Vanaf juli 2023 krijgen huurders met een laag inkomen in een corporatiewoning een huurverlaging van gemiddeld € 57 per maand. Deze huurverlaging was eerder voorzien voor 2024, maar wordt door minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) met een jaar vervroegd. Circa 510.000 huishoudens komen hiervoor in aanmerking.

– Door deze maatregel te combineren met een hogere huurtoeslag worden de woonlasten voor de groep huurders met een laag inkomen nog iets verder gedempt. Door een lagere eigen bijdrage ontvangen mensen vanaf januari 2023 maandelijks € 16,94 extra huurtoeslag.

– Het minimumloon gaat in 2023 met 10 procent omhoog, eerder en meer dan gepland. De AOW en arbeidgerelateerde uitkeringen stijgen mee.

– De lasten op arbeid worden structureel verlaagd, zodat werknemers meer overhouden.

– De zorgtoeslag gaat omhoog met circa € 35 per maand naar € 154 per maand.

– Het kindgebonden budget wordt tijdelijk verhoogd. Het maximale bedrag dat ouders ontvangen voor het eerste kind, tweede kind en het extra bedrag voor alleenstaande ouders komen in 2023 op € 356 per jaar. Het maximale bedrag dat ouders ontvangen vanaf het derde kind, wordt verhoogd met € 468 per jaar.

Verbond: aanpak structurele problemen blijft achter

De commentaren op de plannen variëren van opluchting tot een roep om meer permanente maatregelen. “De aanpak van meer structurele problemen komt nog onvoldoende uit de verf. Voorkomen moet worden dat Nederland daar later alsnog een hoge rekening voor betaalt”, zegt het Verbond van Verzekeraars in een eerste reactie. “Veel aandacht is erop gericht om Nederland goed door de winter te loodsen. Dat is begrijpelijk, want er is acute nood. Maar zaken als de energietransitie, verduurzaming, arbeidsmarkt, de oudedagsvoorziening en funderingsschade moeten ook voortvarend worden aangepakt. Anders zitten we straks met hoge kosten.”

Het Verbond ziet voor zichzelf ook een taak, als het gaat om het voorkomen dat mensen in betalingsproblemen komen: “Verzekeraars zullen hun klanten – net als tijdens de coronacrisis – met inzet van schuldhulp en betalingsregelingen terzijde staan.”

Nibud: maatregelen te laat

Het Nibud is weliswaar blij met de aangekondigde maatregelen, maar stelt dat ze te laat zijn gekomen en te weinig oog hebben voor groepen met een inkomen rond en net boven modaal. Het instituut baseert zich op de koopkrachtberekeningen die laten zien hoeveel huishoudens er dit jaar op achteruit zijn gegaan. De meeste huishoudens hebben dit jaar bijna 7 procent in koopkracht ingeleverd. Dat is gemiddeld zo’n € 260, met uitschieters van huishoudens die maandelijks € 500 hebben moeten inleveren.

Met name lage inkomens gaan er volgend jaar op vooruit, berekende het Nibud. Zij profiteren van de verhoging van de bijstand, de verlenging van de energietoeslag en de verhogingen van de huur- en zorgtoeslag. Huishoudens met kinderen merken dat de kinderbijslag en het kindgebonden budget worden verhoogd.

De stijging van het minimumloon met 10% heeft als effect dat zzp’ers achterblijven op mensen in loondienst. Daarnaast wordt deze groep ook geconfronteerd met een verlaging van de zelfstandigenaftrek.

Wel hebben lagere inkomens meer last van de gestegen energiekosten, omdat zij een groter deel van hun inkomen daaraan kwijt zijn. Ook hebben ze minder budget om energiebesparende maatregelen te nemen en wonen ze vaker in slecht geïsoleerde woningen.

GEEN REACTIES