Ontwerpbesluit nieuw Financieel Toetsingskader gepubliceerd

Handig: de nieuwe tekst geel gearceerd en de niet meer van toepassing zijnde tekst van het huidige besluit is doorgehaald.

Het ministerie van SZW heeft een doorlopende tekst van het ontwerpbesluit gepubliceerd op basis van het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen en het besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met de Wet aanpassing financieel toetsingskader.

Nieuwe teksten betreffen onder meer:

Risicohouding

De risicohouding van het fonds voldoet aan de prudent person regel en komt voor de lange termijn tot uitdrukking in de door het fonds gekozen ondergrenzen in het kader van de haalbaarheidstoets en voor de korte termijn in de hoogte van het vereist eigen vermogen of een bandbreedte hiervoor.

Kostendekkende premie en premiestabilisatie

Met het oog op demping van de premie voor de berekening kan een fonds uitgaan van:

a. een voortschrijdend gemiddelde van de rente met een maximumperiode van tien jaar; of

b. indien aan de voorwaarden, bedoeld in het derde lid wordt voldaan, een vastgestelde verwachte waarde van het toekomstig rendement.

Het besluit omschrijft de voorwaarden.

Beleidsdekkingsgraad

De vaststelling van de beleidsdekkingsgraad vindt plaats per het einde van een kalendermaand.

De berekening van de beleidsdekkingsgraad wordt gebaseerd op de dekkingsgraden per het einde van de twaalf kalendermaanden voorafgaand aan het moment van vaststelling. Voor 2015 is er een overgangsregeling

Beleggingsbeleid

Een fonds stelt voor de langere termijn een strategisch beleggingsbeleid vast dat aansluit op de doelstellingen en beleidsuitgangspunten, waaronder de risicohouding, van het fonds en is gebaseerd op gedegen onderzoek.

Het strategisch beleggingsbeleid bevat in ieder geval een beschrijving van de beleggingsdoelstelling, de samenstelling van de beoogde beleggingsportefeuille en de mate waarin van de beoogde beleggingsportefeuille kan worden afgeweken.

Voorwaardelijke toeslagverlening

De beleidsdekkingsgraad waaronder geen toeslag wordt verleend, is 110%.

De volgende rekenregel toegepast. Eerst wordt de omvang van het voor toeslagverlening beschikbare vermogen boven de beleidsdekkingsgraad van 110% bepaald. Vervolgens wordt de hoogte van de toeslag zodanig bepaald dat wanneer deze jaarlijks wordt toegekend de contante waarde van alle toeslagen maximaal gelijk is aan de hoogte van dit vermogen. De hierbij gehanteerde discontovoet is maximaal gelijk aan het verwachte bruto rendement op aandelen, verminderd met de uniforme kostenafslag voor beleggingskosten

Herstelplan

De artikelen met betrekking tot lange- en kortetermijn herstelplannen vervallen en worden vervangen door één artikel. Als basis dienen de regels met betrekking tot het lange termijnherstelplan met wijzigingen.

Haalbaarheidstoets

Een fonds voert periodiek een haalbaarheidstoets uit die op basis van een stochastische analyse inzicht geeft in de samenhang tussen de financiële opzet, het verwachte pensioenresultaat en de risico’s die daarbij gelden. Er is een aanvangshaalbaarheidstoets en een jaarlijkse haalbaarheidstoets.

Een fonds voert een aanvangshaalbaarheidstoets uit bij uitvoering van een nieuwe pensioenregeling en bij significante beleidswijzigingen.

De aanvangshaalbaarheidstoets laat zien:

a. dat het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau in voldoende mate aansluit bij de door het fonds gekozen ondergrens;

b. dat het premiebeleid over de gehele berekeningshorizon voldoende realistisch en haalbaar is;

c. dat het fonds voldoende herstelcapaciteit heeft om naar verwachting vanuit de situatie dat aan de vereisten voor het minimaal vereist eigen vermogen wordt voldaan, binnen de looptijd van het herstelplan aan de vereisten voor het vereist eigen vermogen te voldoen; en

d. dat het pensioenresultaat op fondsniveau in het slechtweerscenario niet teveel afwijkt van het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau.

Financieel crisisplan

Een financieel crisisplan omvat in ieder geval:

a. een beschrijving van een of meer financiële situaties waarin het fonds niet aan de vereisten van het vereist eigen vermogen voldoet en gevaar loopt niet aan de vereisten van het minimaal vereist vermogen te gaan voldoen;

b. een beschrijving van een of meer risico’s die naar het oordeel van het fonds kunnen leiden tot situaties die als financiële crisissituatie kunnen worden aangemerkt;

c. een beschrijving van de maatregelen die het fonds ter beschikking staan ter bestrijding van crisissituaties;

d. een indicatie van het financiële effect van de inzet van de ter beschikking staande maatregelen;

e. de berekening van het niveau van de beleidsdekkingsgraad vanaf welke naar verwachting vermindering van pensioenaanspraken en pensioenrechten nodig zijn om te voldoen aan de vereisten ten aanzien van het vereist eigen vermogen; en

f. een beschrijving van de wijze waarop bij het inzetten van maatregelen op evenwichtige wijze rekening wordt gehouden met de belangen van de belanghebbenden van het fonds, waarbij wordt opgenomen hoe een vermindering van pensioenaanspraken en pensioenrechten zal worden verdeeld en of en zo ja deze zal worden gespreid.

GEEN REACTIES