Kifid losgekoppeld van financiële sector

Vooruitlopend op het debat van de Tweede Kamer heeft Kifid vernieuwingsmaatregelen aangekondigd in de hoop de private status te kunnen handhaven.

De maatregelen zijn per 1oktober in werking getreden en worden vóór 1 januari 2012 verder geïmplementeerd.

De reactie van het Kifid-bestuur op de brief van de minister van Financiën van 30 juni aan de Tweede Kamer omvat een ingrijpende statutenwijziging en een nieuw kostenreglement. Alle aanpassingen zijn gericht op het nog beter waarborgen van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van het financiële klachteninstituut.

“Het nieuwe bestuur van Kifid begrijpt de maatschappelijk kritiek en kiest voor vergaande vernieuwing. In feite komt het klachteninstituut nu in hoge mate onder toezicht van de Minister van Financiën te staan”, aldus bestuursvoorzitter Fred Hammerstein. Net als De Jager heeft Kifid een duidelijke voorkeur voor continuering van zijn private vormgeving (optie 1 in de brief) met harde garanties voor onafhankelijkheid van de financiële sector.

De Minister moet instemmen met de benoeming van bestuursleden en van de financiële ombudsman. De begroting en eventuele aanpassingen van de statuten moeten voortaan eveneens aan de ter instemming aan de minister worden voorgelegd. In de statutenwijziging is het ministeriële toezicht op Kifid vastgelegd.

Positie Ombudsman

Ook de rol en de werkwijze van de financiële ombudsman en de bij zijn taak behorende onafhankelijkheid zijn aangescherpt in de nieuwe statuten. Voorafgaand aan zijn bemiddeling wil de Ombudsman eerst beoordelen en aangeven of een ingediende klacht terecht is, waardoor de consument meteen weet waar hij of zij aan toe is. De gehele route van de geschillenbeslechting binnen Kifid is met externe expertise doorgelicht en verbeterd. De rol van de Ombudsman is versterkt; de bestaande waarborgen, in de vorm van laagdrempelige toegang tot de Geschillencommissie en de Commissie van Beroep, zijn daarbij behouden. Hammerstein: “De organisatie en werkwijze zijn flink aangescherpt om onze dienstverlening transparanter en controleerbaar onafhankelijk te maken. Daarmee is de consument het

beste geholpen en vervult Kifid de maatschappelijke rol die het als klachteninstituut moet vervullen.”

Geen invloed van sector

De vertegenwoordigers van de brancheverenigingen treden uit het bestuur van Kifid en de financiële sector mag niet langer bestuursleden aanwijzen. Bovendien mogen bestuursleden niet langer werkzaam zijn, of in de drie voorafgaande jaren zijn geweest, bij financiële ondernemingen of hun brancheorganisaties. De benoemingen worden getoetst aan een door de minister goedgekeurde profielschets. De benoeming van de financiële ombudsman vindt plaats na raadpleging van de Tweede Kamer. Ook kan de bewindsman een waarnemer naar de bestuursvergaderingen van Kifid sturen.

Kifid bepaalt voortaan op basis van een goedgekeurd kostenreglement de bijdragen die jaarlijks door de aangesloten financiële dienstverleners moeten worden betaald. Als criterium geldt daarbij dat het budget “een adequate, zorgvuldige behandeling van het aantal te verwachten klachten mogelijk maakt”.

GEEN REACTIES