Geen distributievergoeding meer van fondsbeheerders aan banken

De overstap naar beleggingsdienstverlening zonder distributievergoedingen draagt volgens de banken en de AFM bij aan een toekomstbestendige beleggingsdienstverlening.

ABN AMRO, BinckBank, ING Bank, Van Lanschot, Rabobank en SNS Bank zetten hiermee, aldus het persbericht van de AFM, “een stap naar toekomstbestendige beleggingsdienstverlening, waarbij transparante dienstverlening door beleggingsondernemingen en directe betaling door de consument het uitgangspunt is.”

Distributievergoedingen zijn provisies die fondsaanbieders betalen aan beleggingsondernemingen. Dit is een vergoeding voor het gebruik van het distributiekanaal van beleggingsondernemingen (banken en vermogensbeheerders).

Doordat klanten direct gaan betalen voor de dienstverlening van de bank wordt deze dienstverlening aan de klant onafhankelijker en transparanter. Hierbij maken de banken geen onderscheid naar vorm van dienstverlening. Dit betekent dat zij geen distributievergoedingen van fondsbeheerders meer ontvangen bij vermogensbeheer, adviesdienstverlening en execution only.

De AFM signaleert dat ook andere partijen in de sector voorstander zijn van directe beloning en stappen zetten om niet langer distributievergoedingen van fondsbeheerders te ontvangen. De AFM juicht deze ontwikkeling toe. De sector laat hiermee zien dat ze zich actief inzet voor een onafhankelijke en transparante beleggingsdienstverlening.

Ook bij execution only

De AFM: “Distributievergoedingen kunnen ervoor zorgen dat al bij het samenstellen van het fondsassortiment een voorselectie wordt gemaakt op basis van de hoogte van de te ontvangen distributievergoedingen. Deze voorselectie bepaalt uit welke fondsen de klant vervolgens kan kiezen. Ook bij execution only beleggen zorgen distributievergoedingen dus voor een prikkel om fondsen te selecteren op basis van de hoogste vergoeding.”

Explain

Gezien de complexiteit van de transitie is de verwachting dat voor een beperkt deel van het belegd vermogen de datum van 1 januari 2014 niet gehaald gaat worden. Dit als gevolg van het feit dat een fondsbeheerder mogelijk geen aandelenklasse zonder distributievergoedingen aanbiedt. Hier is de zogeheten explain mogelijkheid voor afgesproken waarbij het tijdelijk is toegestaan om distributievergoedingen te ontvangen mits deze 100% worden doorgegeven aan de klant.

AFM let extra op waterbedeffect

Sommige marktpartijen vrezen dat banken en beleggingsondernemingen door het afschaffen van distributievergoedingen weer terug gaan naar het alleen aanbieden van huisfondsen. Anderzijds kan er meer concurrentie ontstaan met beleggingsproducten waarvoor op dit moment al geen distributievregoeding wordt ontvangen, zoals ETF’s en trackers. De AFM vindt het alleen aanbieden van huisfondsen niet in het belang van de klant. Als deze ontwikkeling zich daadwerkelijk voordoet, zal de AFM beleggingsondernemingen hierop aanspreken.

Hetzelfde geldt voor de vermoedens dat banken en beleggingsondernemingen het afschaffen van distributievergoedingen gaan compenseren door andere producten (zoals structured products) actief te gaan verkopen. Juist om te voorkomen dat marktpartijen overstappen naar andere producten waarvoor een hoge vergoeding wordt ontvangen, is de AFM voorstander van een verbod op alle provisies bij beleggingsondernemingen.

GEEN REACTIES