AFM legt boete op voor te hoge adviesdeclaratie

Voor het eerst heeft de AFM een boete opgelegd aan een adviseur omdat die vergoedingen vroeg die kennelijk onredelijk zijn.

De boete bedraagt honderdduizend euro en is opgelegd aan Cas Assurantiën B.V. in Zeewolde.

De AFM heeft vijf klantdossiers onderzocht waarin Cas in de periode van september 2012 tot en met november 2012 heeft geadviseerd over en bemiddeld in het oversluiten van beleggingsverzekeringen. De boete is opgelegd omdat Cas in de vijf klantdossiers vergoedingen in rekening heeft gebracht die gelet op de aard en reikwijdte van de dienstverlening kennelijk onredelijk zijn.

Dit zijn overtredingen van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (artikel 149a, eerste lid, BGfo (oud) / artikel 86c BGfo (nieuw)). Het is de eerste keer dat de AFM een boete oplegt voor de overtreding van deze norm.

De AFM heeft vanaf 2012 intensief toezicht gehouden op de oversluitmarkt van beleggingsverzekeringen. Met verschillende marktpartijen zijn gesprekken gevoerd en bij een aantal van hen is onderzoek uitgevoerd. Dit heeft geleid tot informele en formele handhavingmaatregelen, naar aanleiding waarvan deze marktpartijen hun werkwijze hebben aangepast.

Het doel van de kennelijk onredelijkheidnorm is te voorkomen dat bemiddelaars of adviseurs beloningen in rekening brengen voor hun werkzaamheden die, gelet op de daarmee gemoeide inspanningen, niet kunnen worden gerechtvaardigd. Cas was op 30 juli 2012 al eerder door de AFM gewaarschuwd voor overtreding van deze norm. Uit onderzoek van de AFM daarna is gebleken dat Cas in de vijf onderzochte klantdossiers nog steeds te hoge vergoedingen in rekening bracht. Zo bracht Cas voor het oversluiten van bijvoorbeeld 1 beleggingsverzekering €1.200 euro in rekening, voor het oversluiten van 2 beleggingsverzekeringen €1.000 en voor het oversluiten van 3 beleggingsverzekeringen €1.900. De in rekening gebrachte vergoedingen staan niet in verhouding tot de werkzaamheden zoals die blijken uit de klantdossiers. Cas heeft niet kunnen aantonen dat zij daadwerkelijk alle in rekening gebrachte uren aan de klant heeft besteed.

‘Kennelijk onredelijk’ in de praktijk

Vanaf de introductie van de ‘inducementregels’ is het adviseurs en bemiddelaars verboden om tarieven in rekening te brengen die kennelijk onredelijk zijn, ofwel die niet in verhouding staan tot de aard en tijdsbesteding van het vervullen van een opdracht. De term ‘kennelijk onredelijk’ kon niet in zijn algemeenheid worden ingevuld, omdat elke opdracht weer anders is. Duidelijk was wel altijd dat de AFM zou kunnen kijken welke tijd een specifieke opdracht in beslag zou nemen en wat daarvoor een redelijk uurtarief zou zijn. Van belang daarbij is welke cijfers in de branche gebruikelijk zijn.

Dankzij dit boetebesluit wordt nu een concrete invulling aan de norm gegeven. Als voorbeeld hier een activiteit waarvoor Cas € 1.200 in rekening bracht.

Het betreft het oversluiten van één beleggingsverzekering in een bancair lijfrenteproduct bij een ander concern. Volgens het inducementbeleid van het advieskantoor blijkt dat zij maximaal € 1.200 hiervoor in rekening kan brengen, welk bedrag gelijk staat aan totaal 10 uur aan werkzaamheden, 6 adviesuren à € 150 en 4 administratieve uren à € 75.

In werkelijkheid heeft de adviseur van CAS eenmalig een bezoek gebracht bij de klant thuis. Tijdens het huisbezoek zijn alle relevante formulieren ingevuld en de klant heeft deze formulieren op dezelfde dag ondertekend. Ook het inventarisatieformulier met onder meer verschillende meerkeuzevragen is tijdens het huisbezoek ingevuld en op dezelfde dag getekend. Naast de inventarisatie, zijn ook de advieswerkzaamheden verricht tijdens het huisbezoek. Zowel de Verklaring kopie polisblad als het Formulier oversluiten polis zijn door de klant getekend tijdens het huisbezoek. Dit betekent dat het advies van Cas tijdens het huisbezoek is afgerond.

“De AFM acht het gelet op voorgaande niet aannemelijk dat Cas daadwerkelijk 6 uur aan advies- en bemiddelingswerkzaamheden heeft besteed tijdens het huisbezoek. Het klantdossier bestaat uit een aantal standaard formulieren dat voornamelijk meerkeuzevragen bevat die snel en gemakkelijk door de adviseur ingevuld kunnen worden. Voorts bevat het klantdossier nauwelijks individuele overwegingen. Bovendien bleek uit de telefoongesprekken die de AFM met klanten van Cas heeft gevoerd, dat een gemiddeld huisbezoek 1,5 uur duurde, variërend van 3 kwartier tot 2,5 uur.

De AFM verwacht dat de inventarisatie door een administratief medewerker van Cas niet veel tijd in beslag kan nemen. Bij administratieve werkzaamheden denkt de AFM bijvoorbeeld aan het archiveren van klantgegevens en het contact opnemen met de aanbieder van de (oude) beleggingsverzekering. De meeste documenten uit het klantdossier zijn ingevuld tijdens het huisbezoek. Uit het klantdossier blijkt niet dat de klant na afloop van het adviesgesprek nog documenten aan Cas heeft verstuurd. Na afloop van het adviesgesprek is wel door een binnendienstmedewerker van Cas het Adviescontrole formulier ingevuld. Tijdens deze adviescontrole controleert een medewerker van Cas een aantal bestaande documenten op volledigheid en aanwezigheid en worden de klantgegevens nogmaals ingevuld. Ook geeft de medewerker van Cas antwoord op een aantal controlevragen. De antwoorden op deze vragen zijn terug te vinden in overige documenten.

Gelet op de beperkte administratieve werkzaamheden die Cas blijkens het klantdossier heeft verricht, acht de AFM het niet aannemelijk dat Cas 4 uur heeft besteed aan administratieve werkzaamheden.”

In de branche gebruikelijk

Daarbij acht de AFM voorts het volgende van belang. Het onderzoek van de AFM onder 181 marktpartijen biedt een indicatie dat adviseurs gemiddeld 3,5 tot 4,2 uur besteden aan het advies- en bemiddelingstraject voor het oversluiten van een beleggingsverzekering naar een nieuw product bij een nieuw concern. In haar Zienswijze geeft Cas zelf aan hoeveel tijd met de verschillende fasen van het proces gemoeid is:

(i) een adviesgesprek: 1,5 tot 2 uur; (ii) een adviescontrole: 1 uur; (iii) het onderhouden van contact met de klant en met de overdragende en overnemende partij: 0,5 tot 0,75 uur.

De AFM stelt vast dat het totaal van deze werkzaamheden, ook op basis van de informatie die Cas in haar Zienswijze verstrekt, 3 tot 3,75 uur bedraagt, en derhalve volledig overeenstemt met de uitkomsten van het onderzoek van de AFM. Dit nog afgezien van het gegeven dat de AFM het niet aannemelijk acht dat Cas in dit klantdossier 1 uur heeft besteed aan de adviescontrole. Cas heeft derhalve in dit klantdossier 5,8 tot 6,5 uur meer in rekening gebracht dan volgt uit het onderzoek van de AFM (dit is 138% tot 186% meer).

GEEN REACTIES