Aansprakelijke werkgever mag sommen-AOV uitkering niet verrekenen

De uitkering van de sommenverzekering waarvoor geen subrogatie mogelijk is, wordt niet gezien als vergoeding van dezelfde schade.

Deze zaak heeft betrekking op een zzp-er die tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden voor een bedrijf een arbeidsongeval krijgt, waardoor hij arbeidsongeschikt raakt. De opdrachtgever erkent dat hij aansprakelijk is voor de schade op grond van artikel 7:658 BW (de werkgeversaansprakelijkheid die ook kan gelden ten opzichte van voor het bedrijf werkzame zzp-ers).

De zzp-er had een AOV afgesloten in de vorm van een sommenverzekering. De vraag ligt voor of de aansprakelijke opdrachtgever de uitkering van de AOV mag aftrekken van de door hem te vergoeden schade.

De opdrachtgever vindt van wel en beroept zich op artikel 6:100 BW. Daarin is – kort gezegd – bepaald dat indien een zelfde gebeurtenis voor een benadeelde naast schade tevens voordeel oplevert, bij de vaststelling van de te vergoeden schade dit voordeel wordt verrekend voor zover dit redelijk is.

Nee, zegt de zzp-er. Er is geen sprake van vergoeding van dezelfde schade. De AOV ziet op de beroepsarbeidsongeschiktheid keert uit mits de arbeidsongeschiktheid voor eigen werk het gevolg is van een onzekere gebeurtenis. Dus de gevolgen van de arbeidsongeschiktheid zijn verzekerd en niet het eventuele verlies van arbeidsvermogen. Daarnaast is er sprake van een sommenverzekering zodat er geen verband bestaat tussen het verlies aan arbeidsvermogen en de uitgekeerde termijnen. Het percentage aan arbeidsongeschiktheid geeft recht op een corresponderend percentage uitkering, ongeacht hoe groot of klein het daadwerkelijke verlies van arbeidsvermogen is.

Hij krijgt gelijk van de kantonrechter Rotterdam. Deze beroept zich op een arrest van de Hoge Raad die onder meer oordeelde: “Geschiedt de uitkering ingevolge een sommenverzekering – in welk geval de uitkering niet ervan afhankelijk is of schade is geleden (artikel 7:964 BW) en geen subrogatie plaatsvindt- die door benadeelde zelf is gesloten en betaald, dan is verrekening in het algemeen niet aan de orde, nu het bestaan van een zodanige verzekering een aangelegenheid is die de schadeplichtige niet aangaat, waar het afsluiten van een zodanige verzekering een zuiver individuele en persoonlijke beslissing is, zowel wat betreft de vraag of men een zodanige verzekering zal afsluiten als wat betreft de vraag voor welke bedragen.”

De kantonrechter komt tot de slotsom dat de AOV niet een verzekering is ter dekking van de feitelijke inkomensschade. Er zijn in deze zaak geen redenen om af te wijken van het beginsel dat de uitkering van een sommenverzekering niet verrekend kan worden met het schadebedrag dat door de aansprakelijke partij betaald moet worden.

Het volledige vonnis

GEEN REACTIES