Uitfasering PEB: het onbepaald verzekerde deel

copyright Pixabay

DGA ’s met gedeeltelijk verzekerde pensioenregelingen moeten het ‘onbepaald verzekerde deel’ omzetten in een ‘bepaald verzekerde deel’, schreef staatssecretaris Wiebes onlangs in een brief aan de Eerste Kamer. Paul Lavrijssen, adviseur bij Aegon Adfis, legt uit wat dit in de praktijk betekent.

Onbepaald verzekerd deel
De pensioentoezegging van een BV aan een DGA bevat meestal een salarisdiensttijdregeling (eindloon of middelloon). Vaak heeft de BV een deel van de pensioenaanspraak verzekerd. Als in de pensioenbrief staat dat de BV de verzekerde aanspraak aanvult, is sprake van een onbepaald verzekerd deel. In de andere gevallen is het verzekerde deel bepaald.

In de brief licht de staatssecretaris toe wat de gevolgen zijn van het wetsvoorstel Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen voor een onbepaald verzekerd deel. Hij schrijft:
“Hierbij heb ik toegelicht dat geen aanpassing van de overeenkomst met de professionele verzekeringsmaatschappij nodig is. Wel moet de pensioentoezegging van de BV aan de DGA zodanig worden aangepast dat de DGA alleen nog verder pensioen opbouwt bij de professionele verzekeraar en niet meer bij het eigenbeheerlichaam. Dat geldt eveneens in situaties waarin niet sprake is van een onbepaald elders verzekerd deel, maar van een bepaald elders verzekerd deel.
Ook moet de inhoud van de pensioenregeling zodanig worden aangepast dat geen overgang van de elders verzekerde pensioenaanspraak naar een eigenbeheerlichaam meer kan plaatsvinden (…) Verder moet de pensioenregeling bij een onbepaald elders verzekerd deel zo aangepast worden dat het elders verzekerde deel van het pensioen niet meer wordt aangevuld met een in eigen beheer gehouden pensioen.”

Commentaar
Uit de brief van de staatssecretaris blijkt dat BV ‘s bij een gedeeltelijk verzekerde regeling de pensioenbrief moet aanpassen, ongeacht of er sprake is van een onbepaald of een bepaald verzekerde regeling.

Het is vreemd dat de staatssecretaris deze eis stelt bij regelingen waarbij sprake is van een bepaald verzekerd deel. Een dergelijke regeling valt immers buiten de scope van het wetsvoorstel omdat het geen pensioen in eigen beheer is. Zowel het bepaalde verzekerde pensioendeel als het pensioendeel in eigen beheer worden zelfstandig beoordeeld of deze in het fiscale kader passen. Doorgaans is voor beide pensioendelen een aparte pensioenbrief opgesteld. In feite zijn er twee pensioenregelingen; een salarisdiensttijdregeling in eigen beheer en een verzekerde kapitaalovereenkomst of premieovereenkomst.

Bij een pensioen in eigen beheer waarbij een onbepaald verzekerd deel is, is er één pensioenbrief. In die situatie is sprake van een salarisdiensttijdregeling die in eigen beheer wordt gehouden voor zover de aanspraken niet zijn verzekerd. Dit blijkt ook uit de brief van de Belastingdienst van 16 april 2004 aan het Verbond van Verzekeraars. Daarom zetten wij vraagtekens bij de verplichte aanpassing van de pensioenbrief bij een onbepaalde verzekerde regeling. Als de DGA zijn aanspraken in eigen beheer afkoopt of omzet in een ODV is een aanpassing logisch. Omdat er geen eigen beheer meer is kan er ook geen sprake meer zijn van een onbepaald deel. In andere gevallen zegt de staatssecretaris dat de BV de pensioentoezegging zodanig moet aanpassen zodat de BV alleen nog pensioen opbouwt bij de professionele verzekeraar en niet meer bij het eigen beheer lichaam. Maar als partijen de totale regeling premievrij maken, bouwt de DGA toch helemaal geen pensioen meer op? Als in dat geval de premies aan de verzekeraar worden doorbetaald, veranderd alleen de verhouding van het in eigen beheer gehouden gedeelte en het verzekerde gedeelte. De premievrije aanspraak blijft gelijk.

In het overgangsrecht van het wetsvoorstel staat dat de regelgeving blijft gelden die op 31 december 2016 in de Wet op de loonbelasting was opgenomen (artikel 38n, eerste lid) voor aanspraken die bestaan op 31 december 2016 en die in eigen beheer worden gehouden. De wetgeving die op 31 december 2016 gold, staat de aanvulling van eigen beheer bij een onbepaald verzekerd deel toe. Dus, hoezo pensioenbrief aanpassen wanneer het pensioen niet verder wordt opgebouwd?

Kennelijk is de staatssecretaris bang dat na ingang van het wetsvoorstel nog jarenlang fiscaal geruisloze overdracht van verzekerd pensioenkapitaal kan plaatsvinden. Ligt het dan niet meer voor de hand om hiervoor een uitzondering te maken op het overgangsrecht in het eerder genoemde artikel 38n?

Auteur: Paul Lavrijssen, adviseur Aegon Adfis
Bron: Nieuwsbrief Aegon Adfis

GEEN REACTIES