Jaarcijfers DSW geven grimmig randje aan afscheid Chris Oomen

Topman Chris Oomen verlaat DSW 'onder druk'

Chris Oomen nam vorige week onder vele loftuitingen afscheid van zorgverzekeraar DSW. Hij laat een zorgverzekeraar achter met een matige solvabiliteit.

Het kon niet op vorige week voor Chris Oomen, sinds vorige week directievoorzitter-af bij DSW. Toespraken, interviews, een theaterprogramma en zelfs een Koninklijke Onderscheiding. Maar wie de sinds kort gepubliceerde jaarrekening van DSW bekijkt, houdt aan dit afscheid gemengde gevoelens over. Niet alleen daalde de winst van de zorgverzekeraar fors, van €22,4 mln in 2017 naar €8,3 mln vorig jaar, belangrijker is dat de solvabiliteit daalde van 144,8% naar 136,3%. Dat is maar weinig boven het intern gehanteerde streefniveau van 127% en flink lager dan het gemiddelde in de sector van ongeveer 150%.

De daling van de solvabiliteit is vooral toe te schrijven aan de flinke stijging van het kapitaal dat vereist is voor verzekeringstechnische risico’s. Onder deze risico’s vallen bijvoorbeeld het premierisico (het risico dat de verzekeringspremie voor het komende jaar niet voldoende is om de schades en kosten van dat jaar te kunnen dekken) en het reserverisico (het risico dat in het verleden gevormde voorzieningen voor schadegevallen in de toekomst ontoereikend zijn om deze schades (verder) af te wikkelen). Dat DSW meer kapitaal nodig heeft voor deze risico’s hangt samen met de stijging van het aantal verzekerde klanten en de groei van de zorgkosten per verzekerde, schrijft de verzekeraar in een toelichting.

Daarmee is een paradox zichtbaar in het bedrijfsbeleid van DSW. Aan de ene kant groeit de zorgverzekeraar als kool wanneer naar het aantal klanten wordt gekeken. In de laatste vijf jaar groeide het aantal klanten met 58% ofwel 215.000 verzekerden. Vorig jaar kwamen er 50.000 klanten bij. De klanten kiezen onder meer voor DSW vanwege de gunstige premiestelling, iets wat DSW bereikt door de reserves in te zetten om een te grote premiestijging te voorkomen. Afgelopen jaar trof de verzekeraar daarvoor een flinke voorziening.

Aan de andere kant stijgen de zorgkosten per verzekerde (van €2.315 in 2016 naar €2.460 in 2018), neemt het vereist eigen vermogen per verzekerde toe maar daalt het aanwezige eigen vermogen per verzekerde juist. Wanneer deze trend zich doorzet, hoeft er maar weinig te gebeuren of DSW komt in financiële moeilijkheden terecht. Volgens toezichthouder DNB kunnen relatief kleine tegenvallers in de zorgkosten al zorgen voor een aanzienlijke daling van de solvabiliteit. Dit risico is volgens DNB nog groter wanneer het een kleine of middelgrote zorgverzekeraar betreft. De toezichthouder wil dan ook dat zorgverzekeraars een ‘robuust kapitaalbeleid’ gaan voeren.

Met dit in het achterhoofd lijkt het beleid van lage premies in elk geval niet vol te houden met een vermogenspositie van 136%. Een extra risico daarbij is volgens DNB dat een plotselinge stijging van de premie tot een flink verlies van klanten kan leiden, wat een gevaar is voor de continuïteit van het bedrijfsmodel. Het niet-vrijwillige vertrek van Chris Oomen (naar eigen zeggen onder druk van DNB) krijgt zo een wat grimmig randje.

GEEN REACTIES