Dijsselbloem: Financiële standaardproducten worden niet verplicht

standaardproduct niet verplicht bij derdepijlerpensioen
© Px

Minister Dijsselbloem gaat aanbieders van financiële producten niet verplichten om standaardproducten op te nemen in hun assortiment. Dit stelt de minister in een Kamerbrief over een onderzoek naar de mogelijke invoering van een standaardproduct bij derdepijlerpensioenproducten. Wat Dijsselbloem betreft heeft dit onderzoek aangetoond dat standaardproducten niet werken ter bescherming van de consument. Hij ziet meer in de mogelijkheid om consumenten minder producten voor te leggen.

Naar aanleiding van een eerdere literatuurstudie werd onderzoek verricht naar de mogelijke invloed van een standaardoptie bij derdepijlerpensioenproducten. Daarbij werden vooraf drie mogelijke doelen voor de standaardproducten bedacht:

  1. Het verbeteren van de marktdiscipline door consumenten, door de vergelijkbaarheid van het aanbod te verbeteren.
  2. Het sturen van het keuzegedrag van consumenten in een maatschappelijk wenselijke richting.
  3. Het verminderen van de keuzestress en daaruit voortvloeiend uitstelgedrag bij consumenten met als mogelijk onwenselijk gevolg dat er onderconsumptie optreedt en behoeften aan financiële producten onvervuld blijven.

Keuze wordt moeilijker

In de Kamerbrief legt Dijsselbloem uit dat uit het onderzoek blijkt dat geen van de doelstellingen wordt bereikt. “Het lijkt er op dat consumenten bij het introduceren van standaardproducten wel meer gaan vergelijken, maar dat ze vervolgens de keuze moeilijker vinden. (…) De verwachting was dat het standaardproduct als een altijd goede keuze zou worden gezien en dat mensen er vaker voor zouden kiezen. Mensen kozen echter niet vaker voor een standaardproduct dan voor een ander product. (…) In theorie zou keuzestress door het toevoegen van standaardproducten aan het aanbod verminderen, en zouden mensen eerder overgaan tot het maken van een keuze voor een product. Het onderzoek liet echter zien dat mensen de keuzetaak moeilijker vonden en de keuze net zo vaak uitstelden bij de aanwezigheid van standaardproducten in het aanbod als bij afwezigheid van de standaardproducten.”

Adviseur kan rol spelen

De uitkomsten van het onderzoek brengen Dijsselbloem ertoe het standaardproduct als beleidsinstrument niet verder te gaan onderzoeken. Wel ziet hij aanknopingspunten voor andere interventies, zoals een beperking van het aantal producten dat een consument wordt voorgelegd (zonder dat het aanbod zelf wordt beperkt). Dijsselbloem: “Een kleiner aantal producten in de keuzeset stimuleert vergelijkingsgedrag. Financiële adviseurs kunnen hier wellicht een rol in spelen. Vergelijkingssites spelen voor dit doel ook een positieve rol. Wellicht kan het “Aanbod op maat” zoals dat in de energiemarkt bestaat als inspiratie dienen voor de financiële markten. Ook gestandaardiseerde informatieverstrekking heeft een bewezen positief effect op vergelijkbaarheid en is een instrument dat ik wil versterken. De impact van automatische standaardkeuzes is ook empirisch uitgebreid onderzocht. Automatische standaardkeuze betekent dat keuzes voor mensen worden gemaakt, maar ze daar nog wel van af kunnen wijken (‘default’ of ‘opt-out’genoemd). Uit onderzoek blijkt dat mensen ondanks de keuzevrijheid toch vaak bij de ‘default’ blijven. Dit biedt ook een aanknopingspunt voor verder onderzoek.”

GEEN REACTIES