(Findinet) Tipgeld niet in het belang van de klant

De AFM heeft aangegeven dat de meeste tipgeldregelingen niet in het belang van de klant zijn. “Voor de consument is niet duidelijk dat de tipgever daarvoor een vergoeding krijgt. "Daarnaast staan de vergoedingen die worden betaald niet in verhouding tot de gemaakte kosten en de geleverde inspanning van de tipgever.""De financiële sector wil het vertrouwen van het publiek terugverdienen. Dat is alleen mogelijk", benadrukt de AFM, "als elke grote financiële onderneming, en dus ook elke aanbieder van hypotheken, het klantbelang meer centraal gaat stellen. Tipgeldregelingen mogen daarom geen afbreuk doen aan het belang van de klant."

Een meerderheid van de aanbieders van hypotheken (banken en verzekeraars) geven ondernemers en verenigingen (tipgevers) een vergoeding voor het aanbrengen van nieuwe hypotheekklanten. De tipgever geeft de naam, het adres en telefoonnummer (naw-gegevens) van de consument door aan de aanbieder. Indien de consument een hypotheek afsluit bij de aanbieder ontvangt de tipgever een vergoeding. De vergoeding varieert van enkele honderden tot duizenden euro’s.

De tipgever moet zich beperken tot het doorgeven van alleen naw-gegevens. Wanneer meer gegevens worden doorgegeven of ingewonnen geldt dat de tipgever aan het bemiddelen is in de zin van de Wet op het financieel toezicht. Hiervoor geldt een vergunningplicht. Voor aanbieders betekent dit dat zij zich goed zullen moeten vergewissen of de tipgevers niet bemiddelen. Samenwerking met illegalen is een overtreding van de Wet op het financieel toezicht. De AFM waarschuwt hier goed op letten en waar nodig handhaven.

De AFM heeft de volgende verklaring gepubliceerd:

"De consument gaat er bij een tipgever vanuit dat hij een oprechte tip over een aanbieder krijgt. Maar de consument is zich er niet van bewust dat de tipgever een direct financieel belang heeft. Het is in het belang van de consument op de hoogte te zijn van het feit dat de tipgever een vergoeding krijgt voor het doorgeven van zijn gegevens. De consument moet in staat worden gesteld om kennis te nemen van de hoogte en wijze van de vergoeding, zodat hij de tip op waarde kan schatten. Ook niet-geldelijke vergoedingen moeten transparant worden gemaakt.

Aanbieders hebben aangegeven het belang van de klant centraal te willen stellen. Door het in stand houden van de niet transparante vergoeding voor tipgevers wordt er voorbij gegaan aan het belang van de klant. De AFM verwacht dat aanbieders in hun beleid vastleggen op welke wijze de consument wordt geïnformeerd over de beloning die de tipgever ontvangt. De informatie moet voldoende duidelijk zijn zodat de consument een afgewogen beslissing kan maken.

Passendheid

De wijze waarop de vergoeding voor een tip tot stand komt verschilt per aanbieder. De tipgever krijgt een vaste vergoeding of een percentage van de hoofdsom van de hypotheek. Bij een percentage van 0,5% en een hypotheek van 300.000 euro is dit bedrag 1500 euro. Dit is de vergoeding die een tipgever krijgt voor het doorgeven van naw-gegevens. Een beloning als percentage van de hoofdsom (ongeacht de hoogte van de hoofdsom), zonder aanvullende maatregelen, is in een groot aantal gevallen niet wenselijk.

Daarnaast staan ook vaste vergoedingen, van bijvoorbeeld 1000 euro per tip, waarschijnlijk niet in verhouding tot de gemaakte kosten en geleverde inspanning van de tipgever. Wanneer bijvoorbeeld een vaste vergoeding van 100 euro per tip wordt betaald, kan eenvoudiger worden aangetoond dat er geen onwenselijke situaties ontstaan.

De AFM is van mening dat de meeste tipgeldregelingen niet passend zijn omdat de vergoeding niet in verhouding staat tot de gemaakte kosten en geleverde inspanning van de tipgever. Hierdoor ontstaat een prikkel die er mogelijk toe leidt dat er niet in het belang van de klant wordt gehandeld. De AFM vindt het belangrijk dat consumenten weten dat tipgeldvergoedingen mogelijk ten koste kunnen gaan van de onderhandelingsruimte met de aanbieder. De AFM verwacht dat het betalen van excessief tipgeld de kwaliteit van de advisering negatief beïnvloedt. Daarom zal de AFM na 31 augustus 2010 onderzoeken of instellingen die excessief tipgeld betalen ook een hogere kans hebben op niet passende advisering.

De AFM vraagt alle aanbieders om hun tipgeldregelingen scherp tegen het licht te houden en waar nodig aan te passen in de geest van de Leidraad Passende provisie. We verwachten dat aanbieders uiterlijk op 31 augustus 2010 aanpassingen doorgevoerd hebben. Daarnaast zal de AFM de problematiek met het ministerie van Financiën bespreken."

GEEN REACTIES