Het plan van de Nederlandse Hypotheek Obligaties

Kees van Dijkhuizen stelt voor dat financiële instellingen gezamenlijk een Nederlandse Hypotheek Instelling oprichten

Dat meldt hij in zijn Voortgangsbericht. Hij heeft aangeklopt bij institutionele beleggers, zoals verzekeraars en pensioenfondsen. Verzekeraars zouden meer rechtstreeks hypothecaire kredieten moeten gaan verstrekken en pensioenfondsen kunnen hypotheken financieren via met NHG-gedekte obligaties met een staatsgarantie. Randvoorwaarde daarbij is dat de risicopositie van de Nederlandse Staat niet wordt vergroot. Overigens blijkt uit het bericht dat dit laatste niet helemaal vol te houden is.

Van Dijkhuizen ontvouwt het volgende plan:

Financiële instellingen waaronder banken laten gezamenlijk Nederlandse Hypotheek Obligaties (NHO’s) uitgeven door een daarvoor op te richten Nederlandse Hypotheek Instelling (NHI). Hierdoor kan een veel groter volume worden gecreëerd waardoor een veel meer liquide, gestandaardiseerd en transparant beleggingsproduct ontstaat waarop een lagere rente hoeft te worden betaald dan banken nu betalen.

“Institutionele beleggers hebben aangegeven”, schrijft Dijkhuizen, “dat de ontwikkeling van beleggingsproducten gebaseerd op woninghypotheken, met de karakteristieken van staatsobligaties, een kansrijke optie is.

Om dergelijke beleggingsproducten te kunnen realiseren zijn drie stappen van belang.

  • Financiële instellingen securitiseren (een deel van) hun NHG-hypotheken en dragen alleen het AAA-deel over aan de NHI. Alle risico’s blijven volledig bij de financiële instellingen, anders dan bijvoorbeeld in de VS het geval was bij Fannie Mae en Freddie Mac.
  • De NHI financiert zich door middel van de uitgifte van obligaties (NHO’s), en verkrijgt daarop een 100% staatsgarantie. Deze garantie is vooral bedoeld voor internationale beleggers, die de werking van NHG niet altijd helder vinden. In essentie wijzigt er niets aan de borgstelling van de overheid. Net zoals nu het geval is zal de borgstelling een annuitaïre afloop kennen. Als de bank operationele fouten heeft gemaakt blijft de volledige schade daarvan voor de bank.
  • Financiële instellingen in binnen- en buitenland zullen een deel van hun huidige staatspapier omruilen voor dit papier. Het rendement op dit papier zal door de markt worden bepaald en uitkomen tussen staatsobligaties (voor 5-jarig papier ca. 20 basispunten onder de swaprente van circa 1%) en de huidige kosten van securitisaties (voor 5-jarig papier ca. 90 basispunten boven de swaprente).

Rol overheid

De belegger is zeker van tijdige betaling van de afgesproken kasstromen. Hij draagt geen kredietrisico, maar heeft in feite een claim op de Nederlandse overheid. De bank blijft verantwoordelijk voor tijdige betaling, ook als de debiteur rente en aflossing niet op tijd betaalt, en blijft dus het volledige liquiditeits- en kredietrisico dragen. Als de bank in gebreke blijft bij het betalen van de afgesproken kasstromen, dient de overheid een claim in bij de bank (full recourse).

Gaat de bank failliet, dan krijgt de overheid de beschikking over het onderpand van de obligaties, de hypotheekportefeuille. De overheid draagt dus in feite het risico dat zowel de debiteur als de bank in gebreke blijft. Bij NHG-hypotheken is dit extra risico klein, doordat het onderliggende kredietrisico sowieso al (deels) bij de overheid ligt. Bovendien houdt de bank het first loss risico waardoor de verliezen op de hypotheekportefeuille in eerste instantie nog steeds ten laste van de boedel van de bank komen. De overheid kan desgewenst extra eisen stellen aan het onderpand. De overheid biedt de nieuwe garantie aan tegen een marktconforme kostendekkende premie. Er kan ook overwogen worden om de premie te differentiëren tussen verschillende hypotheekverstrekkers, maar dit mag de toetreding tot de hypotheekmarkt niet belemmeren.

Verzekeraars

Verzekeraars hebben al eerder aangegeven meer actief te willen worden op de Nederlandse hypotheekmarkt door zelf risicodragend hypotheken te verstrekken.

Hierdoor zou de concurrentie op de hypotheekmarkt kunnen toenemen. Er spelen op dit moment diverse tamelijk complexe kwesties aangaande het huidige Wft / Solvency I toezichtsregime en het nieuwe Solvency II toezichtsregime. Verzekeraars hebben daarbij aangegeven dat zij een aantal suggesties ter verbetering hebben.

GEEN REACTIES