DNB legt bom onder provisieverbod

Adfiz vindt het onbegrijpelijk dat DNB vasthoudt aan haar standpunt dat aspecten van de schadebehandeling door DNB worden beschouwd als verzekeraarsactiviteiten. Adfiz is daarover zeer teleurgesteld en stelt dat dit standpunt de ontwikkelingen van een directe beloningsvorm door de klant ernstig frustreert.

"In de markt neemt het aantal intermediairs snel toe dat vooruit loopt op de zogenoemde nieuwe wereld. Velen bedienen zich/willen zich bedienen van een abonnementenvorm om de dienstverlening aan hun klanten vorm te geven."

Adfiz wil nu dat de wetgever met een oplossing moet komen om, bij de regeling van een provisieverbod, een oplossing te vinden voor dit door DNB opgeworpen probleem. Zoals bekend heeft Adfiz bij het aanbieden van haar voorstel de provisie op financiële producten af te schaffen nadrukkelijk aandacht gevraagd voor dit aspect van een abonnement.

"DNB heeft zich gebogen over de vraag of het aanbieden van een serviceabonnement – dat mede voorziet in het opkomen voor de klant bij schade – toegestaan is. Volgens DNB kwalificeert een dergelijk serviceabonnement niet als een verzekering zolang de adviseur zich beperkt tot administratieve handelingen bij een schade, maar verder níet opkomt voor de belangen van zijn klant. Zodra de adviseur wél opkomt voor de belangen van zijn klant en namens deze bijvoorbeeld een dekkingsafwijzing of hoogte van de uitkering aanvecht, kwalificeert het abonnement als een verzekering en handelt de adviseur in strijd met de wet, tenzij hij over een vergunning voor een verzekeraar beschikt.  Hiermee reduceert DNB de taak van de tussenpersoon tot het fungeren als een doorgeefluik; een miskenning van de noodzaak dat juist een tussenpersoon aan zijn klant een goede en volledige service dient te bieden", aldus Adfiz.

"In de praktijk is immers opkomen voor de belangen van de klant, vooral op het aspect van assistentie bij schadeafwikkeling, een kerntaak van de adviseur. Tot heden werd hij voor deze activiteit veelal beloond via de provisie. Adfiz vindt het onbegrijpelijk dat de DNB in dat geval geen aanleiding ziet de activiteit tot een verzekeraaractiviteit te benoemen, maar wel als de klant daarvoor via een abonnement betaalt. Adfiz wijst erop dat in het grootzakelijke schadeverzekeringsegment in toenemende mate sprake is van dienstverlening op basis van een vaste beloning (fee of honorarium) waarbij de makelaar zich verplicht tot vergelijkbare service als door de DNB aangeduid als verzekeraaractiviteiten. Het is niet goed denkbaar dat deze praktijk van jaren op de helling moet."

GEEN REACTIES